Waarschijnlijk staat uw hoofd in deze tijd van korte, koude en donkere dagen niet naar het plannen van een gezellig, ontspannen fietstochtje. Wellicht zit u nu liever in huiselijke kring rond de open haard. Toch zal, als de dagen weer gaan lengen en de natuur weer tot groei en bloei komt, bij menigeen de behoefte terugkomen om de fiets te pakken en er op uit te trekken.

De vraag rijst dan, waar gaat het heen? Wordt het een kort, bekend rondje, een reeds uitgestippelde en aangegeven fietsroute of gaat het van Fransum naar Farmsum en hoe vindt u dan de weg? Bestaat er kaartmateriaal waarop duidelijk, gedetailleerd en actueel de mogelijkheden aangegeven staan, zodat u al fluitend op weg kan gaan, of wordt routebepaling bij elk kruispunt een moeilijke beslissing, waar de lol gauw van af is?
Hoe staat het daarnaast met de fietspaden? Moet u fietsen op de openbare weg met alle risico’s en nadelen van dien of kan er gebruik worden gemaakt van aparte fietspaden, wellicht vrijliggend in het veld ter maximalisering van de ontspanning? Komt u onderweg nog cafés tegen om even te kunnen uitrusten en aansterken? Zijn deze cafés dan wel open en bezitten ze wellicht ook nog een fraai terras?
Uit bovenstaande opsomming blijkt dat er nogal wat komt kijken bij het plannen van een route van A naar B. Aan de ene kant gaat het om de beschikbare informatie om zo’n route te kunnen plannen en te volgen. Om daadwerkelijk te kúnnen fietsen is aan de andere kant de aan- of afwezigheid van fietspaden van belang.

Digitale kaarten

Bij het inventariseren van mogelijke routes biedt de landkaart uitkomst. Landkaarten worden gemaakt in allerlei soorten en door allerlei organisaties en verschillen daardoor nogal eens van elkaar. Ten eerste qua schaal, lay-out, overzichtelijkheid en duidelijkheid. Zo geeft een kleinschalige kaart gegevens weer op hoofdlijnen voor een groot gebied; een grootschalige kaart daarentegen biedt de mogelijkheid gegevens veel gedetailleerder weer te geven, maar beslaat daardoor een kleiner gebied. Daarnaast zullen teveel lijntjes en symbolen op een relatief kleine kaart de duidelijkheid en dus de bruikbaarheid niet ten goede komen.
In de tweede plaats verschillen kaarten qua betrouwbaarheid en actualiteit van informatie. De recreatieve fietser haalt de benodigde route-informatie vaak uit een topografische, VVV- of ANWB-kaart, maar komt dit overeen met de werkelijkheid? Bovendien veranderen gegevens. Er worden nieuwe fietspaden aangelegd en gedrukte kaarten worden slechts eens in de zoveel tijd bijgewerkt.

Fietsrouteplanner

Wat zou het dus mooi zijn als er een digitaal systeem zou bestaan met een overzicht van alle fietspaden en waarin wijzigingen en nieuw aangelegde fietspaden direct na oplevering ingevoerd zouden worden. Met zo’n systeem zou de recreatieve fietser moeiteloos een route van A naar B kunnen plannen en al fluitend op weg kunnen gaan. Ontwikkelingen op dat gebied zijn gaande. Toerisme Recreatie Nederland (TRN) heeft in samenwerking met het Landelijk Fietsplatform (LF) de eerste fietsrouteplanner gepresenteerd op hun officiële website: www2.holland.com/nl. De basis hiervoor is het landelijk fietsroutenetwerk van het LF, bestaande uit, grotendeels bewegwijzerde fietsroutes door heel Nederland met een totale lengte van meer dan 6000 km. De website biedt de mogelijkheid een route op te vragen en geeft als antwoord de routebeschrijving en tevens een globale (schaal 1: 800.000) overzichtskaart met de mogelijkheid in te zoomen tot een meer gedetailleerd niveau (schaal 1: 100.000). Ook geeft de site themaroutes weer, te selecteren naar provincie, thema en afstand. Daarnaast is er een verwijzing naar relevante gidsen en kaarten en kan een lijst van attracties, musea, restaurants, fietsverhuurbedrijven en diverse overnachtingsmogelijkheden langs de route worden opgevraagd.
Deze landelijke site en deze informatiebron zou een voorbeeld kunnen zijn voor het toegankelijk maken van fietsmogelijkheden op provinciaal en lokaal niveau.

Fietspadennetwerk

Informatie over fietspaden is gebaseerd op het in kaart brengen van de aanwezigheid ervan. Om ontspannen te kunnen fietsen, zijn termen als rust, veiligheid en landschappelijke aantrekkelijkheid van belang. De aanwezigheid van een apart fietspad, gescheiden van de weg of vrijliggend in het veld, biedt daartoe de meeste garantie. Een op elkaar aansluitend fietspadennetwerk geeft daarbij meer keuzemogelijkheden in de zin van variatie en af te leggen afstand.
In de provincie Groningen liggen reeds veel fietspaden, hoewel dat per regio nogal van elkaar verschilt. Zo wordt het fluitend fietsen van Fransum naar Farmsum nog een hele opgave. Daartoe ontbreken er teveel fietspadtrajecten en zal veelvuldig een gewone weg genomen moeten worden. De meeste fietspaden worden aangelegd door gemeenten, maar de provincie komt in het vizier als het gaat om coördinatie en subsidiering. Het provinciale fietsbeleid in Groningen valt op te delen in een utilitair deel (woon-werkverkeer) en een recreatief deel, maar het doel van beide is het opheffen van knelpunten en het realiseren van een zowel kwantitatief als kwalitatief goed fietspadennetwerk. Coördinatie betekent erop toe zien dat gemeentelijke fietspaden op elkaar aansluiten. Subsidiering kan aan de orde zijn als gemeenten een fietspad willen aanleggen dat valt binnen het gestelde, provinciale doel.
Om dit doel te bereiken, om een subsidie-aanvraag beter te kunnen toetsen en om meer inzicht te krijgen in zowel de aan- of afwezigheid als de staat van onderhoud van fietspaden, is de provincie Groningen bezig om een actueel digitaal fietspadenbestand aan te leggen. Dit gebeurt onder meer aan de hand van gemeentelijke informatie. Voorlopig resultaat daarvan is bijvoorbeeld Kaart 1, hetgeen een overzicht geeft van de fietspaden binnen de provincie. Daarbij valt op dat vooral het zuidoosten van de provincie, met name Westerwolde goed bedeeld is met fietspaden, maar dat het Reiderland, het gebied rond het Schildmeer en het Noorden een veel kariger beeld geeft. Wel zijn de laatste tijd veel trajecten aangelegd die nog in het digitale bestand moeten worden verwerkt.
Bij het realiseren van een fietspadennetwerk wordt overigens niet alleen gekeken naar fietspaden, maar ook naar ‘fietsbare’ wegen, zoals rustige plattelandswegen of fietspaden met agrarisch medegebruik (of andersom als u wilt). Aangevuld met deze lokale wegen ontstaat het volgende beeld (Kaart 2): het netwerk is aanzienlijk uitgebreid, vooral in de Veenkoloniën, Westerwolde en het Zuidelijk Westerkwartier. Het Noorden biedt een nogal versnipperd beeld, met als, in het oog vallende obstakels, het Reitdiep en de N46, Groningen – Eemshaven. Ook de driehoek Groningen – Appingedam – Winschoten is niet rijk bedeeld.
Met het op deze manier in kaart brengen van de gegevens ontstaat een beter overzicht en kan het beleid adequater inspringen op het opheffen van knelpunten in het fietspadennetwerk.

Geografisch Informatie Systeem

Zowel de website van Toerisme Recreatie Nederland als het digitale fietsbestand van de provincie Groningen zijn voorbeelden van een Geografisch Informatie Systeem (GIS).
Een GIS biedt de mogelijkheid om ruimtelijke informatie efficiënt op te slaan, te beheren en te visualiseren. Zo geeft een kaart met fietspaden een beter inzicht dan dat ze keurig in een lijst worden opgesomd. Wijzigingen kunnen snel worden doorgevoerd. Daarnaast kunnen in een GIS relevante gegevens, zoals de soort verharding of staat van onderhoud, worden opgenomen en bevraagd worden.
Bovendien kunnen met deze gegevens analyses worden uitgevoerd, hetgeen planvorming en beslissingen ondersteunt en waardoor knelpunten qua netwerk of staat van onderhoud sneller gesignaleerd kunnen worden. Detailkaart 3 geeft weer hoe een fietsroute van Zuidhorn naar Winsum er uitziet op basis van het huidige fietspadennetwerk (de blauwe stippellijn). Deze maakt een grote omweg en volgt grotendeels drukke, provinciale wegen. Gebrek aan fietspaden en het obstakel Reitdiep zijn de oorzaak hiervoor. Opheffen van deze knelpunten, door middel van aanleg van fietspaden, zou het netwerk zeer ten goede komen. Voorbeelden hiervan zijn Kortsluiting 1 (groene stippellijn), door de weilanden naar Wetsingersluis of Kortsluiting 2 (roze stippellijn), langs de weg Feerwerd – Garnwerd – Winsum. Overigens wordt er in het gebied Middag-Humsterland hard gewerkt aan het kortsluiten van het netwerk en is voorbeeld Kortsluiting 1 inderdaad gepland en een deel ervan reeds gerealiseerd.

Beter en actueel

GIS biedt de recreatieve fietser dus twee voordelen: het fietspadennetwerk wordt er beter van, zowel qua onderhoud als dichtheid en actuele informatie is direct beschikbaar en uit te printen. Voor de fietser echter gebruik kan maken van de informatie en erop kan vertrouwen dat deze correct en actueel is, moet het gegevensbeheer wel op orde zijn. Dat geldt zowel voor de overheid als de websitebeheerder. Wijzigingen moeten worden doorgegeven en direct worden ingevoerd. Gestructureerde samenwerking tussen betrokkenen, eenduidige definiëring van het woord ‘fietspad’ en een identiek communicatiemiddel zal uitwisseling van gegevens ten goede komen.
In de toekomst zal de fiets wellicht uitgerust kunnen worden met een routeplanner, gekoppeld aan een GPS (Global Positioning System), zodat de fietser op elk moment kan zien waar hij is en welke alternatieven er voor hem liggen. Gecombineerd met een bestand van horecagelegenheden kan dan gerust worden gesteld dat fietsen van Fransum naar Farmsum een fluitende aangelegenheid wordt!

De auteur is onlangs afgestudeerd bij de studie Geografische Informatiekunde aan het van Hall Instituut, locatie Groningen, op het onderwerp ‘GIS en Recreatie, in opdracht van de provincie Groningen, waar hij momenteel werkzaam is als GIS-medewerker.

Trefwoorden