Zo’n vijf kilometer ten westen van Assen, ergens tussen Veenhuizen en Bovensmilde, ligt het gebied dat op het kaartfragment is te zien. Het lijkt wel of hier ooit een meteoriet is ingeslagen. Maar nee: we zijn bij het Esmeer aangeland, een van de fraaiste pingoruïnes die er zijn.

De digitale hoogtekaart van het Drents-Friese plateau is een gatenkaas. Overal zien we ronde of ovale watertjes die met de verzamelnaam ‘dobben’ worden aangeduid. Veel van deze laagten hebben een lange geschiedenis. Dikwijls zijn het restanten van ijsheuvels die tijdens de laatste ijstijd zijn ontstaan. Pas in de jaren vijftig van de vorige eeuw zijn deze bijzondere vormen in ons land ontdekt. Ze worden ‘pingo’s’ genoemd, naar een woord uit de Eskimotaal dat ‘een heuvel die groeit’ betekent.

Depressie
Pingo’s ontstaan op plekken waar het diepe grondwater door een poreuze laag in de keileemlaag omhoog komt. Als het aangevoerde grondwater de toendrabodem bereikt zal het daar bevriezen. Door de gestage aanvoer van water neemt de druk onder het bevroren oppervlak toe. Doordat het volume va…