Geen plek zo afgelegen, geen locatie zo bijzonder of we kunnen er tegenwoordig met de auto, op de motor of per fiets komen. Toch hebben de meesten van ons geen idee wat zich afspeelt aan de stille achterkant van Nederland. In deze serie slaat Noorderbreedte doodlopende wegen in.

Het verhaal over deze man doet 75 jaar na dato nog steeds de ronde in het Fries-Groningse grensgebied. Sterker nog: wie in het tegenwoordige Zuidelijk Westerkwartier heeft eigenlijk niet van hem gehoord? IJe IJes Wijkstra – scheve pet, knalrode halsdoek, stoere pijp – spreekt nog tot ieders verbeelding.
‘Het beest van Doezum’ werd hij genoemd, vanwege zijn gruwelijke moord met een karabijn op liefst vier veldwachters tegelijk. Die wilden de markante IJe op last van justitie in Groningen op een barre januaridag inrekenen op grond van diens schandelijke verhouding met de getrouwde Aaltje Wobbes, moeder van zes kinderen, ook al was zij de vrouw van een schuinsmarcheerder.
Het Teken van het Beest heette de film die Pieter Verhoeff er jaren later over maakte met bekende acteurs als Gerard Thoolen, Peter Faber, Peter Tuinman en Joop Admiraal. De rolprent kreeg in 1981 op het filmfestival van Utrecht twee gouden kalveren. Eén voor de beste lange film en één voor de beste actrice, Marja Kok.
Het Gerechtshof in Leeuwarden veroordeelde IJe IJes tot twintig jaar cel. De moordenaar van Grootegast kwam echter nooit meer vrij. Aan het begin van de Tweede Wereldoorlog werd hij – aangetast door tuberculose – vanuit de strafgevangenis in de Friese hoofdstad overgebracht naar een krankzinnigengesticht in Eindhoven. Daar sloot hij twee weken later voorgoed zijn ogen.

Ook Jan de Vries en Liet De Vries-Geervliet, woonachtig bij Opende, refereren aan deze ‘legende’ als hen wordt gevraagd naar het type bevolking in hun woonomgeving. Twee van de vier destijds doodgeschoten politiemensen kwamen immers uit dit Groningse streekdorp aan de grens met Friesland.
IJe Wijkstra staat min of meer model voor de vrijbuiters en scharrelaars die Opende, Grootegast, Marum en andere dorpen in de streek bewoonden. Er is zoveel jaren later natuurlijk veel veranderd, maar Jan en Liet proeven er nog steeds een beetje de geest van mensen die weinig op hebben met het gezag. ‘Opende – Gat van ellende’, hoor je soms nog zeggen.
Jan (65) en Liet (62) wonen afgelegen. Hun modern verbouwde boerderij met circa drieduizend vierkante meter grond ligt goed verscholen tussen de karakteristieke coulissen van het Westerkwartier: rustieke akkers en weilanden op oude zandruggen en veenbedden, omsloten door houtsingels. De boerderij is het laatste adres aan een doodlopende ontginningsweg.
Als het begrip ‘einde weg’ ergens letterlijk kan worden genomen, dan is het wel bij Jan en Liet. De dorpsnaam Opende is immers zelf ook al een verbastering van ‘op het einde’.
Op hun dak is tegen een roodkleurige achtergrond met zwarte dakpannen de cijfer/lettercombinatie D66 aangebracht. De vorige bewoners blijken de Groninger professor milieukunde Kees Lambers en diens vrouw Ineke Lambers-Hacquebard te zijn geweest. De laatste was ooit staatssecretaris (milieu) voor D66 in het tweede kabinet Van Agt. Vandaar.

Hoe kom je op zo’n plek terecht? En wat trekt deze bewoners aan? De Vries en Geervliet nemen ruim de tijd voor hun geschiedenis. Een historie met twee verhalen. Het officiële, ‘voor iedereen aanvaardbare verhaal’ is dat Jan, geboren en getogen in Friesland, na zijn VUT als senioronderzoeker aan het Centrum voor Wiskunde en Informatica in Amsterdam, is teruggekeerd naar zijn roots. En dat Liet er boeken schrijft en cliënten ontvangt als ‘alternatief therapeute’.
Maar dat officiële verhaal dekt slechts ten dele de ware reden van hun komst naar Opende. Het echte verhaal is dat Liet alweer jaren geleden definitief ‘aanvaardde’ paranormaal begaafd te zijn. Geregeld ontvangt zij ‘aanwijzingen’ van Michaël, één der aartsengelen. Deze Michaël, bekend van de Mont Saint Michel in Normandië en de Engelenburcht in Rome, patroon van bakkers en apothekers bovendien, gaf het echtpaar niet alleen ‘de impulsen’ om in het Noorden des lands te gaan wonen, maar ‘begeleidde’ hen ook bij de keuze van hun nieuwe woning. Een bijzonder relaas waarvoor Jan en Liet zich allerminst schamen (het paranormale van Liet is voor Jan al geruime tijd de normaalste zaak van de wereld) maar dat zij in hun omgeving niet direct aan de grote klok hangen.

Het van huis uit gereformeerde echtpaar – ruim veertig jaar zijn Jan en Liet gehuwd – woonde eerder in onder andere Amsterdam, Amstelveen (waar hun twee zonen ter wereld kwamen), Rijnsaterwoude aan de Braassemmermeer, Maarssen aan de Vecht en Hierden (gemeente Harderwijk). Telkens op plaatsen met veel en mooi uitzicht, net als in Opende. Jan bleef steeds werken aan het Centrum voor Wiskunde en Informatica. Liet gaf vele jaren les, eerst aan de Pedagogische Academie in Amsterdam, daarna aan een beroepsopleiding voor jeugdhulpverlening in Zwolle.
Dat ze naar het Noorden zijn vertrokken, heeft alles te maken met de deels fysieke maar vooral geestelijke ontwikkelingen bij Liet. Het echtpaar, zittend aan de keukentafel, hecht eraan dat verhaal ‘zo eerlijk mogelijk te vertellen’.
Problemen met baarmoeder en blaas brachten Liet in aanraking met zaken waarin zij zich als psychologe telkens meer wilde verdiepen: acupunctuur, meditatie, yoga, esoterie, rebirthing (Liet herleefde haar eigen geboorte), reïncarnatie, Neuro-Emotionele Integratie. Noem maar op. Allemaal stromingen en vaardigheden die Liet en Jan steeds meer deden beseffen dat zij hun bestaande opvattingen, deels nog het gevolg van hun gereformeerde opvoeding, dienden los te laten. Kennis ook die hen steeds meer overtuigde van de wisselwerking tussen lichaam en geest.
De apotheose overkwam Liet enkele jaren geleden. Op een gegeven moment voelde zij zich ‘omarmd’ door een onbeschrijflijk ‘bad van liefde’. Tegelijk nam ze duidelijk het beeld waar van Michaël. Sedertdien is Liet zogezegd steeds meer ‘continu online’ met deze aartsengel. Ze kan hem vragen stellen en krijgt antwoord via beelden, woorden, gevoelens en ingevingen. Als Michaël contact wenst, dan begint Liet te niezen. Zij krijgt dan een ‘advies om iets wel of niet te doen’.

Na een fietsvakantie in de Pyreneeën kreeg ze van Michaël het signaal: verhuizen! Naar het Noorden! Liet en Jan namen dat serieus. Gingen als vanzelfsprekend in Groningen, Fryslân en Drenthe op zoek naar een geschikte woning; een queeste die tegelijk een ‘lesje natuur aanvoelen’ met zich mee bracht. Potentiële woningen vielen de een na de ander af vanwege ‘onevenwichtige omgevingsenergie’. Energie die soms gevoeld werd als te mannelijk, soms als te vrouwelijk.
In een enkel geval was het bij een mogelijke woonomgeving net of het echtpaar mensen hoorde kermen, wat volgens Jan en Liet kan duiden op ‘vormen van slavernijarbeid’ in het verleden in de noordelijke veengebieden. Op zulke plekken wilden ze dus niet wonen. Het werd uiteindelijk, mede op aangeven van Michaël, de boerderij in Opende. Het landschap, de energie, alles bleek er in evenwicht.
Liet ontvangt er nu uit heel Nederland cliënten voor haar eigen LIET-therapie: Leven In Energetische Transformatie. Ze worden behandeld in de vroegere voorkamer van de boerderij. De restanten van twee oude bedsteden zijn er nog goed zichtbaar.
Elders in het pand bevindt zich een riante werkkamer met uitzicht op de tuin. Liet schrijft er haar boeken. Die lopen goed: tienduizenden exemplaren zijn al verkocht. Sommige uitgaven zijn meermalen herdrukt. Haar twaalfde boek verscheen eind 2005.
Jan heeft zich intussen ook weer op het schrijven gestort. Na zijn proefschrift en veel researchartikelen schreef hij naar eigen zeggen een lijvig boek dat veel wiskundigen inspireerde tot verder onderzoek.

Veel contact met omwonenden hebben ze niet. Het echtpaar is niet echt geïntegreerd – Jan en Liet geven het direct toe. Wat niet betekent dat de buren en dorpsbewoners hen afwijzen of afwijzend staan tegenover hun activiteiten en gedachtegoed. De Openders zijn ook wel wat gewend. In de jaren tachtig was er ook al eens een Bhagwan-gemeenschap in het dorp gevestigd, een Rajneesh-commune met ex-werknemers van de destijds omstreden werkgemeenschap voor zwakzinnigen Dennendal.
Bovendien: Jan spreekt nog altijd Fries. Dat maakt bijvoorbeeld het vinden van klusjesmannen in de omgeving een stuk eenvoudiger. Zeker in dit deel van Groningen waar nog altijd een Fries dialect wordt gesproken.

Zijn Liet en Jan nu gelukkig in Opende? Ze lijken even te aarzelen. Uiteindelijk wel, concluderen zij. Maar wat de toekomst brengt, weten ze niet. Voorlopig is het in elk geval prachtig wonen, daar aan die Ontginningsweg. Met in hun tuin in opdracht vervaardigde monumentale kunstwerken van de noordelijke kunstenaars Kees de Kloet (Engwierum) en Henk Rusman (Oude Bildtzijl).
In en rond de woning, maar ook in de verdere omgeving verder niets dan landelijke rust. Het prachtige en afwisselende Westerkwartier is een paradijs voor wandelaars en fietsers.
Als de wind verkeerd staat, is soms het verkeersgeruis op de A7 te horen. Maar daar malen Liet en Jan niet zo om. Net zo min als zij bezwaar hebben tegen dat ene rumoerige juniweekend in het jaar wanneer vlak bij hun onderkomen grasbaanraces worden gehouden. Dat hoort er nu eenmaal bij. Stilte en rust voeren alles bij elkaar de boventoon op deze speciale plek. Een situatie die beslist bevorderlijk is voor het paranormale contact met aartsengel Michaël.

Trefwoorden