De rechte lijn is de rechte lijn niet meer. De Drentsche Hoofdvaart, het Stadskanaal, de oude rijksstraatwegen naar Leeuwarden, ooit voerden ze de reiziger in een monumentale rechte lijn naar hun bestemming. Nu is elke kruising een kleine verkeerstuin geworden, die ons het eindeloos zicht op de rechte lijn tot aan de horizon heeft ontnomen. Een kruispunt is nu een kruisvlak. Een kruisvlak heet een rotonde of plein.
Tussen de Friese dorpen Frieschepalen en Bakkeveen ligt een kaarsrechte ontginningsvaart met daarlangs een weg. Een mooi traject dat je als weggebruiker een aangenaam gevoel van ruimtelijkheid geeft vanwege de lange rechte lijn en het open landschap. De vaart zit er dan ook goed in, tot het moment dat we de lijn ineens kwijt zijn. We rijden tussen twee meerpalen door een soort marktplein op. Een klinkerplein met bankjes, infopanelen en leilinden. Er bevinden zich meer auto’s op het plein, wagens waarmee we in een soort carrousel verkeren. Het plein veronderstelt dat je je in een dorpscentrum bevindt, hoewel er geen dorp is.
De verkeersbewegingen wijken ook af van die op het gemiddelde marktplein. Niemand parkeert hier bijvoorbeeld. Integendeel, iedereen wil zo snel mogelijk van het plein af en zoekt gehaast naar een uitgang, om plaats te maken voor de volgende pleinrijder. Zo blijft de carrousel intact volgens de regels van de shared space, want zo noemen ze een kruising in pleinvorm.
Niets zo verrassend als een knoop in een rechte lijn of een bult als die lijn ook nog vlak is. Aan onze noordelijke wegen en kanalen, die lang en recht zijn, hechten zich de laatste jaren wrattige knopen en drempels. Het zijn de versmallingen, verdikkingen en verhogingen die de vertraging in onze vaart en de veiligheid in ons gedrag moeten brengen.