Professor Auke van der Woud, geboren in Sneek en verknocht aan het Noorden, schrijft prachtige boeken over belangrijke veranderingen die ons land doormaakte gedurende de negentiende eeuw. Vorige maand verscheen Koninkrijk vol sloppen, over de groei van steden. Architectuur, stedenbouw en landschap vormen zijn favoriete onderwerpen. Een gesprek over dingen die verdwijnen.

‘Een beetje van dat negentiende-eeuwse leed. Dat vond ik altijd heerlijk bij het klussen.’
Met zijn afscheid van de Rijksuniversiteit Groningen in zicht, verheugt hoogleraar architectuur- en stedenbouwgeschiedenis Auke van der Woud (1947) zich op timmeren, tegelen en kastjes maken. Vroeger luisterde hij daarbij veel naar ‘piratenmuziek’, via clandestiene radiozenders. ‘Volgens mij vond ik dat prettig omdat het eigenlijk negentiende-eeuwse ballades waren, qua eenvoud, de dreun die erin zat, en het leed.’
Van der Wouds fascinatie voor de negentiende eeuw begon met muziek. Met Schubert, Mahler en Satie. Puur gevoelsmatig voelde hij zich tot deze muziek en deze periode aangetrokken. Ook aan zijn fascinatie voor architectuur, stedenbouw en landschap ligt geen rationele overweging ten grondsl…

Wij willen onze journalistiek zo open mogelijk houden omdat we onze liefde voor het Noorden graag met iedereen delen. Om deze onafhankelijke journalistiek mogelijk te maken, investeren wij veel tijd. Wij hebben lezers nodig om dit te kunnen blijven doen. Voor slechts €57,50 per jaar kun je ons steunen en krijg je vier keer per jaar ons tijdschrift opgestuurd.