Noord-Nederland profileert zich nadrukkelijk als energieregio van Nederland. Noorderbreedte spreekt dit jaar met vijf knappe koppen die zich er in de voorhoede van het energieonderzoek bewegen. Deel 4: Lector energietransitie Wim van Gemert

Hij heeft een verleden bij TNO en Gasunie. Sinds 2006 is hij als lector energietransitie verbonden aan het Kenniscentrum Energie van de Hanzehogeschool in Groningen. En wie op ‘dr. Ir. W.J.Th. van Gemert’ googelt wordt al gauw geconfronteerd met termen als ‘EnTranCe’, ‘Energy Academy Europe’, ‘Energy Valley Topclub’, ‘Flexiheat’, ‘I-Balance’ en ‘RenQi’.

Maar praat met Wim van Gemert op zijn werkkamer in de Van DoorenVeste op het Zernikecomplex en het gevoel overheerst dat je oog in oog zit met een lector sociologie, geschiedenis of maatschappijleer in plaats van met een chemisch technoloog die ooit aan de Technische Universiteit Eindhoven promoveerde op structuuronderzoek aan glas.

Het zal met zijn roomse, Brabantse achtergrond te maken hebben dat Van Gemert de zaken graag wat breder trekt dan alleen zijn vakgebied. Sterker, het is een genoegen hem met zevenmijlslaarzen door de geschiedenis te zien stappen en de verbanden tussen verleden en heden te zien leggen die hem zo gepassioneerd maken over een totale omslag in onze energievoorziening en in onze economie. Groots en meeslepend is zijn gedachtegoed.

Dromen over een betere wereld, een planeet die niet uitgeput is door de mens, dat doet Van Gemert in zijn 64e levensjaar nog steeds. In zijn inaugurele rede als lector energietransitie vertelde hij dat hij in zijn slaap een paar uur door het Groninger land trekt op een hypermoderne fiets met waterstof-brandstofcel. Het is 2021 en wat hij op zijn tocht tegenkomt, liegt er niet om: windmolenvliegers en brandstofcellen in ballonnen aan boerderijen, een gigantische biomassa-installatie in de Eemshaven die kunstmatig aardgas produceert uit agrarische producten, micro-warmtekrachtkoppelingen in woonhuizen die overtollige energie leveren aan het hoofdnet. En als hij bijna terug in Groningen is, zet hij op afstand zijn bad aan. ‘Precies op temperatuur, want mijn bad kent mij.’

Dat zijn droom nog eens werkelijkheid wordt, daarvan is hij vast overtuigd. Hij baseert zijn optimisme op de cyclische bewegingen in de geschiedenis. ‘Het leven is een permanente zoektocht naar balans. In de beschaving waarin wij thans leven, zie ik een zekere dunheid om me heen. Ondanks Paradijs Europa zit zestig procent van de mensen op dit continent niet lekker in zijn vel en zoeken zij naar een andere balans.

‘De geschiedenis leert Van Gemert dat het anders moet en zal gaan, op straffe van het feit dat – zo stelde hij in het Dagblad van het Noorden – Europa in 2050 niet veel meer voorstelt. De eerste christenen hadden in zijn visie een persoonlijke beleving van immateriële belangen. In de Middeleeuwen werd dat een collectieve culturele beleving. Deze heeft in de loop van de vorige eeuw een materieel karakter gekregen. Met het afbouwen van de verzuiling en het toenemen van individuele verworvenheden is de behoefte van de mens gegroeid, daartoe verleid door de economie, om een materiële invulling aan zijn leven te geven. Van Gemert: ‘Het gevolg daarvan is dat je voelt dat je totaal niet in balans zit.’

Op energiegebied heeft die materiële invulling ervoor gezorgd dat wij onze energievraag niet meer zelf hoeven in te vullen door hout te sprokkelen en turf te graven. ‘Wij zijn fossiel ontzorgd door grote oliemaatschappijen met agenda’s die geen verbinding meer hebben met de agenda’s van degenen die ze ontzorgen. Als we zo doorgaan op energiegebied heeft Europa straks nauwelijks nog een positie in de wereld, zonder grondstoffen, met slechts vijf procent van de bevolking en energie-afhankelijk van de rest van de wereld, die sowieso een groeispurt zal doormaken. Dat is een positie die je niet wilt. Zo veel was ook wel duidelijk voordat de huidige conflicten en oorlogen uitbraken in het Midden-Oosten en Oost-Europa.’

In het kader van waar we mee begonnen zijn, namelijk met de eerste christenen, acht Van Gemert het een ‘logische ontwikkeling’ dat de mensheid een nieuwe, duurzame energie-orde zal scheppen. ‘Mensen gaan op hun eigen manier hun eigen belangen weer oppakken, gestimuleerd door nieuwe diensten en technologische ontwikkelingen. En dat zal met een ongekende snelheid gepaard gaan.’

Dat laatste baseert van Gemert op de snelheid waarmee de samenleving zich historisch gezien ververst. Die stroomversnelling was de afgelopen vier jaar even groot als de tien jaar daarvoor, de dertig jaar daarvoor en de honderd jaar in het tijdvak 1870-1970. Van Gemert: ‘,Die snelheid betekent dat je niet alleen horendol wordt van de omgeving waarin je zit maar ook dat vraag en aanbod zich in een rap tempo ontwikkelen.’

Bouwen aan een duurzame energievoorziening die als basis zal dienen voor een volledig nieuwe economie. Dat is wat Wim van Gemert als lector aan de Hanze University of Applied sciences (HUAS) persoonlijk energie geeft. Want, zoals hij schrijft in de aanhef van een white paper over zijn geesteskind Energy Transition Centre (EnTranCe): ‘The 21st century will go down in history as the century when man will have found an alternative to fossil energy; this is an essential transition in which everyone must be involved. It will be a stern test for our civilization!’

In de nieuwe economie zoals Van Gemert die voor ogen staat, zijn het dus niet de grote multinationals, sjeiks, presidenten of islamisten die de dienst uitmaken, maar wijzelf. ‘In deze nieuwe economie, waarin we op alle niveaus zelfstandig energie gaan produceren, zullen we allemaal als ondernemer in de wereld staan.’ Maar dat vergt een paradigmawisseling die moeilijk te realiseren zal zijn omdat overheden in de westerse beschaving geneigd zijn het proces van energietransitie aan de energiemaatschappijen over te laten.

Daarom begon het, toen Van Gemert nog bij Gasunie werkte, met de stichting RenQi (spreek uit: rentsjie), Chinees voor people in power, samen met TNO en DNVGL. Die moet zorgen voor een experimentele omgeving (labfaciliteit), een open innovatie-omgeving om kennisinstellingen te laten samenwerken met marktpartijen en hoogwaardige onderzoeksprogramma’s. Daaruit voortgekomen zijn het Kenniscentrum Energie en het Energietransitiecentrum (waarin BAM, Gasterra, Gasunie , Imtech, Hanzehogeschool samenwerken). EnTranCe, dat inmiddels ook deel uitmaakt van Energy Academy Europe, moet uitgroeien tot de energieproeftuin van het Hoge Noorden. Voorlopig is het nog een veldje in de verste uithoek van het Zernikecomplex met wat kleinere en grote barakken.

Maar dit ‘woonwagenkamp’, zoals Van Gemert het gekscherend noemt, moet uiteindelijk zo’n 5,5 hectare beslaan. ‘Het wordt de noordelijke entree van goede ideeën op energiegebied. Een proeftuin voor toegepast onderzoek, een podium voor experimentele praktijk. De interactie tussen samenleving, ondernemers en kennisinstituten moet hiermee een flinke impuls krijgen. EnTranCe wil creativiteit omzetten in projecten en producten. Daarvoor zijn technische faciliteiten, kennis en expertise van onderwijs en bedrijfsleven beschikbaar. Innovaties, vooral op het gebied van aardgas zoals de HR-ketel en warmtekrachtkoppeling, vinden vaak aan de consumentenzijde plaats. Nederland loopt daarin internationaal voorop. EnTranCe en RenQi vormen samen het platform voor vernieuwende projecten die maatschappelijk hun vruchten moeten gaan afwerpen. Een voorbeeld van zo’n innovatie is Flexiheat, een slim aangestuurd warmtenet dat restwarmte optimaal benut, bijvoorbeeld door het in elektriciteit om te zetten.’

Waar Van Gemert zich in de praktijk van alledag vooral mee bezighoudt, is jonge mensen aansporen serieus na te denken over een studie energietransitie. Hanzehogeschool, RUG en bedrijfsleven bieden samen een speelveld waarop studenten zich kunnen ontwikkelen als geschikte werknemers en creatieve ondernemers in de nieuwe economie, zoals de lector met de Brabantse tongval die voor ogen heeft. Een Master Renewable Energy moet studenten uit heel Europa en daarbuiten naar Groningen lokken.

Anderhalf jaar geleden heeft Van Gemert – toen nog – kroonprins Willem-Alexander twee uur lang rondgeleid in zijn wereldje op het Zernikecomplex. En een stichtelijk woord ontbrak ook toen niet, zo liet hij optekenen in Hanzemag. ‘Lokale initiatieven op energiegebied zullen de wereld veranderen. Veel mensen vinden het aantrekkelijk om zelf in hun energiebehoefte te voorzien. Die zelfvoorziening heeft onmiskenbaar een sociale dimensie. Je ziet nu al dorpen en wijken waar mensen samenwerken om die gemeenschappen van energie te voorzien. Daar gaan technologische en sociale innovatie hand in hand.

De behoeften van burgers op het gebied van duurzame energie zijn zelden economisch van karakter. Het gaat vooral om andere waarden, zoals de behoefte aan onafhankelijkheid en aan gemeenschap. De vraagstukken die daarbij de kop opsteken vragen om kleinschalige technische oplossingen. En tezamen vormen die oplossingen een maatschappelijke revolutie.’

Koning Willem-Alexander heeft toegezegd over anderhalf jaar nog eens bij van Gemert langs te komen, om te zien hoe het met de revolutie staat.