Vissen zien we niet. Ze zitten onder water – en soms onder het zand op de bodem, zoals platvissen en garnaaltjes. In deze Noorderbreedte duiken we onder water. We hebben het niet over vissers die de bodem omwoelen met kettingen zodat de vissen opschrikken en het net in zwemmen, of die juist proberen om op een duurzamere manier te ‘oogsten’. Nee, we kijken naar het hele onderwaterlandschap.

Onder water is het troebel en donker. Daarom zijn we blij dat we een reconstructie van een geul in de Waddenzee kunnen tonen, gemaakt in opdracht van de Waddenvereniging en het Programma Rijke Waddenzee. Hierop zien we ook waterplanten, schaal- en schelpdieren, vissen, wormen en vogels – het hele complexe voedselweb waarin dieren elkaar verschalken. Ook de impact van de mens is in beeld: de scheepvaart, recreanten, de visserij, een mosselakker en de dijk.

De visstand in de Nederlandse wateren loopt hard terug. Vergeleken met 1960 is nog maar tien procent van de biomassa in de Waddenzee over! Wat we niet zien, kunnen we gemakkelijk ver van ons vandaan houden, zo blijkt. Maar er zijn verklikkers: vogels merken die verschraling. Ze vliegen door – of leggen het loodje. Zichtbare dieren en …