Gastcolumnist Esmé van den Boom kocht een nieuwe auto. De aardige autoverkoper kon al haar zorgen wegnemen, behalve één.

‘En nou niet zo’n zorgen meer maken hè, mevrouw. U heeft een goede auto, keurig verzekerd, dus vanaf nu komt het helemaal goed.’ We reden al weg bij de autodealer toen de verkoper van dienst gebaarde dat ik het raampje even moest opendraaien, zodat hij me deze bemoedigende woorden kon meegeven.

Twee weken lang, vanaf de eerste proefrit tot het moment dat ik mijn pinpas in de betaalautomaat stak, had ik de verkoper elke dag gemaild, gebeld of geappt. Ik weet dat de meeste mensen als ze het woord ‘autoverkoper’ horen, denken aan de vader van Roald Dahl’s Mathilda, aan gladjakkers die met de boormachine het toerental terugdraaien en goud geld verdienen aan elke onbenul, maar mijn autoverkoper legde me met engelengeduld van alles uit over offertes, verzekeringen, grote beurten en elektr…