Na 69 verhoren trekt de parlementaire commissie Groningen zich enige maanden terug om haar rapport te schrijven. De media brachten alvast analyses en vooruitblikken op de eindconclusie. Serieus en relevant bij NRC, Dagblad van het Noorden, TV Noord en de NOS. Diverse andere geschreven media, als Trouw en de Volkskrant, waren ook goed bezig, zij het wat minder scheutig. Maar op tv en radio moest ik mezelf soms werkelijk op de vingers tikken om van de uit-knop af te blijven.
Kakelende kletsende klasse
Om met Peter de Waard van de Volkskrant te spreken, de kletsende klasse kakelde er weer lustig op los. Dat zelfs mijn geliefde radioprogramma ‘Nieuwsweekend’ op zaterdagochtend met Mieke van der Weij deze keer in aanmerking kwam voor ‘de uit-knop’ had alles met politiek duider Kees Boonman te maken. Hij sprak kritisch over de verhoren: die hadden niets nieuws aan het licht gebracht en het eindrapport ‘zal toch nergens toe leiden’ voorspelde hij. Nu kan ik enige scepsis best billijken gezien het drama dat zich al ruim tien jaar afspeelt in Groningen. Maar ik vrees dat Boonman niet veel verder heeft gekeken dan het verhoor van de minister-president en dat is echt jammer.
Want waarom behandelde de regering ‘Groningen’ niet als een crisis? Over die vraag zijn vele verhoorden minutieus aan de tand gevoeld. ‘Behandel Groningen als een crisis’, was vanaf 2012 het dringende advies van de rijkscontroleur voor mijnbouw SoDM aan de minister. Die roep werd verschillende keren nadrukkelijk herhaald door onder meer de Nationale Ombudsman. Ondanks die glasheldere adviezen van onafhankelijke Rijksadviseurs koos de regering ervoor geen verantwoordelijkheid te nemen voor de aardbevingen. Een cruciale vergissing met grote gevolgen voor de bewoners in hun onveilige huizen.
Ministers en hoge ambtenaren beweerden in hun verhoren in diverse toonaarden dat ‘de regio’ niet wilde dat Groningen tot crisisgebied werd verklaard. Maar bestuurders uit ‘de regio’ beweerden in vele verschillende verhoren dat ‘het Rijk’ dat tegenhield. Hoezeer regio en Rijk elkaar tegenwerkten bleek ook toen het ging over de Nationaal Coördinator Groningen. In de ogen van de Commissaris van de Koning hoorde die bij ‘het Rijk’, terwijl de NCG voor de ministers juist ‘de regio’ was. Ik kijk uit naar het verslag van de enquêtecommissie die alle notulen en gespreksverslagen heeft en exact kan nagaan wie op welk moment een spaak in het wiel stak. In de verhoren zagen we vooral dat er heel wat stoepen schoon gebezemd werden. Maar aan het einde van de dag resteert er hoe dan ook een vat vol bijeen gebezemd vuilnis met daarin ongetwijfeld nog diverse bananenschillen waar carrières op gaan sneuvelen. Want Groningen is genegeerd en tekort gedaan, dat is zonneklaar. En de schuld ligt NIET bij de bewoners maar bij het bestuur.
Ondanks die glasheldere adviezen van onafhankelijke Rijksadviseurs koos de regering ervoor geen verantwoordelijkheid te nemen voor de aardbevingen
Ineke Noordhoff
Een ander pijnpunt waar het enquêterapport ongetwijfeld harde noten over zal kraken gaat over de vraag: wie is aansprakelijk? Minister Kamp schoof de reparatie van Groningen door naar de NAM. Die had als gaswinner de ellende veroorzaakt en moest dus de problemen ook zelf oplossen. Zijn opvolger Wiebes stelde bij de parlementaire enquête onverbloemd dat hij dat onredelijk vond. Zulke schade is geen ‘privaatrechtelijke kwestie’, stelde Wiebes. Hij noemde het zelfs ‘geen manier van doen’ om de bewoners over te leveren aan de veroorzakers van de schade: de aardgasbedrijven. Twee tegenovergestelde visies van twee VVD-ministers die allebei functioneerden onder één en dezelfde minister-president. Mark Rutte, ook van de VVD, glibberde listig langs de vragen, maar goede luisteraars hoorden hoe hij bangelijk wegbleef van dat keerpunt. Het is niet moeilijk om te voorspellen dat deze pirouette van Rutte in het enquêteverslag onder een vergrootglas zal liggen. Zes jaar een land leiden zonder te beseffen dat een hele provincie ten gevolge van jouw Rijksbeleid in crisis wordt gestort, kan toch moeilijk zonder consequenties blijven.
Boonmans negatieve verwachtingen over de gevolgen van de parlementaire enquête lijkt mij dan ook voorbarig. Ik erger me eraan dat dit soort cynisme de ether in geslingerd wordt. Want dit negatieve gepruttel kleineert Groningers opnieuw. En daar is echt geen grond voor. Naast de bestuurlijke glijpartijen waren er veel interessantere verhoren waar alle journalisten en beleidsmakers die werkelijk willen weten hoe overheden ontsporen naar zouden moeten luisteren. Zoals het verhaal van Theo Kockelkoren die als toezichthouder van de minister haarscherp aangaf waar de wissel verkeerd stond en wie de wisselwachter was. En zoals de verhoren van bewoners die hun verhaal publiekelijk vertelden. Integer, rustig en met grote precisie gaven ze aan hoe hun leven geschonden raakte door de gaswinningsschade en door de wijze waarop die vervolgens politiek-bestuurlijk werd afgehandeld. Hier hoorden we zinnige reflecties op wat burgers te dragen krijgen.
Met dit soort verhoren heeft de parlementaire enquête ‘de rest van het land’ zicht geboden op hoe politiek bestuur kan uitwerken. Bovendien gaven ze op die manier Groningers eindelijk een podium – na al die jaren dat de problemen ontkend en gedenigreerd zijn.
‘Hoe vaak kwam u in Groningen?’
De parlementaire enquêtecommissie had bewust veel tijd en aandacht ingeruimd voor de bewoners. Een keus die helaas niet door alle journalisten en duiders op waarde is geschat. Zo was de perstribune vooral druk bezet bij de verhoren van politieke kopstukken en schroomden diverse analisten vervolgens niet om zich vanaf grote afstand tot het ‘rampgebied’ een mening te vormen. Daarmee scharen deze nieuwsmedia zich in het leger van bestuurders en beleidsmakers. De uithoeken van het land liggen binnen het blikveld zodra er delfstoffen vallen te ‘oogsten’, maar wanneer er problemen door ontstaan ligt het wingebied ineens erg ver weg. Precies dat mechanisme maakte dat het aardgasdrama zo kon ontaarden.
‘Hoe vaak kwam u in Groningen?’, vroeg de commissie bij vele verhoren aan politici, bedrijfsleiders en ambtenaren. De onder ede staande regenten hadden bij hun antwoord doorgaans aan de vingers op een hand genoeg. De enquêtecommissie vroeg op nuchtere feitelijke toon door tot ze wist wat ze wilde weten. Ze deed dat niet zo confronterend als tv- en radio- journalisten dat doen. De commissie spande als het ware een fluwelen net om de verhoorde en liet die steeds een laagje dieper in zijn eigen handelen en motieven kijken. Subtiel, maar genadeloos. Ze zocht immers geen sexy tv, maar de waarheid.
Daarom verheug ik me op het eindrapport waarin geturfd is hoeveel gasregenten naar Groningen kwamen. Want ‘afstand bewaren’ is een effectieve manier om het geweten uit te schakelen. De nuchtere optelling van het aantal bezoeken kan als een boemerang terugslaan op Mark Rutte. Als leider van het land hield hij zich gedurende zes jaren na de vernietigende aardbeving van Huizinge in 2012 volkomen afzijdig.
De parlementaire enquête bezorgt haar rapport dit voorjaar in Den Haag bij het parlement. Bij de bespreking daar, komend voorjaar, zit Kees Boonman vast op de tribune om zijn oordeel gaar te stoven. Ik voorspel dat premier Rutte er niet mee weg komt, zoals al die keren hiervoor. Misschien kan Boonman – als hij een van de komende zaterdagochtenden zijn analytische blik aan de radioluisteraars serveert – vast vertellen hoe vaak hij zijn eigen mening heeft laten ‘bijkleuren’ in de echte wereld van de Groninger aardbevingen.