Op oudejaarsdag is de landschapsarchitect ing. Harry de Vroome op 80-jarige leeftijd overleden. Trouwe Noorderbreedte-lezers zullen hem ongetwijfeld herinneren van de vele artikelen die hij na zijn pensioen voor dit blad heeft geschreven. Als landschapsconsulent van Staatsbosbeheer in Drenthe en als oude rot in het natuurbeschermersvak genoot hij zowel binnen als buiten de provincie grote bekendheid. Zijn inzet voor natuurbehoud en landschapsbouw leverde hem een aantal prestigieuze onderscheidingen op.

‘Het landschap is voor mij een verhaal, een levend verhaal. Je moet uitkijken dat het leven niet uit het landschap gaat onder het ijskoude mes van de analyse’, was een van zijn karakteristieke uitspraken in het boek Bouwen aan het Drentse landschap, dat aan zijn levenswerk was gewijd. De uitspraak is illustratief voor zijn denk- en werkwijze als landschapsarchitect: hij beschouwde het landschap als een eenheid van ecologische, cultuurhistorische en esthetische waarden, die je, hoe mooi ook, niet op slot kunt zetten maar zich moet kunnen doorontwikkelen. In die zin was hij de wegbereider van het nu zo populaire beleidsadagium ‘behoud door ontwikkeling’.
In zijn loopbaan als landschapsconsulent heeft De Vroome een aantal spraakmakende landinrichtingsprojecten gerealiseerd. Het was in de tijd van de grote ruilverkavelingen waarin de landbouw nog heer en meester was. Elke houtwal, ruimsloot of hakhoutbosje moest voor de deuren van de hel worden weggesleept. Niettemin slaagde hij er vaak in om met zijn zorgvuldige ontwerptechniek en zijn diplomatieke gaven de cultuurhistorische identiteit door te laten werken in het nieuwe landschap. Zo is zijn landschapsplan van Vries nog steeds een schoolvoorbeeld van een robuust cultuurhistorisch casco dat zich goed liet en nog steeds laat combineren met tal van nieuwe functies. Zijn meest aansprekende resultaat is echter de instelling van het Stroomdallandschap Drentsche Aa, dat dankzij zijn slagvaardigheid en inzet eind jaren zestig werd gerealiseerd, nota bene midden het Mansholt-tijdperk. Toen achteraf de plannen van deze ecologische hoofdstructuur avant la lettre rond waren, zo wil de anekdote, verzuchte men op het toenmalige ministerie van CRM: ‘Dat was eens maar nooit weer!’

Kleurrijk figuur

Behalve man van formaat en pionier was Harry de Vroome ook een kleurrijk figuur. Met zijn ironie wist hij zelfs zijn meest hardnekkige tegenspelers te ontwapenen. Die vaardigheid in toegepaste humor was waarschijnlijk ook zijn verborgen kracht achter zijn diplomatieke spel: op het juiste moment ontladen om een patstelling te voorkomen. Ook zijn vele beschouwende inleidingen waren altijd doorspekt met humor, waardoor de aandacht nooit verslapte. Veel van zijn anekdotes circuleren nog steeds in zijn netwerken ook al is het nu ruim vijftien jaar geleden dat hij met pensioen ging. Berucht is het verhaal van de voorzitter van een ruilverkavelingscommissie die zich zo opwond over het landschapsontwerpplan dat hij slechts één oude eik wenste te handhaven om ingenieur De Vroome aan op te hangen!
Een gedreven man als de Vroome gunde zich na zijn pensionering in 1984 uiteraard geen rust. Hij benutte zijn oude netwerken en zocht daarnaast nieuwe wegen om zijn opvattingen verder uit te dragen en vooral te blijven toepassen. Voor de Stichting het Drentse Landschap was zijn bijdrage als bestuurslid van een onschatbare waarde. Met een onvermoeibare werklust leverde hij bijdragen aan publicaties, beheersplannen, commentaren op nota’s en ontwierp hij inrichtingsplannen voor nieuwe bezittingen. Daarnaast vond hij via de Brede Overleggroep Kleine Dorpen een directe weg naar de plattelandsbewoners. Met zijn oude kompaan Wim Hoekstra werd hij een inhoudelijke trekker van het zo succesvolle project Dorp in’t Groen. Op een werkgroepvergadering heb ik hem er een keer op betrapt dat hij zat te gniffelen over een esrandbeplanting die hij er in de ruilverkaveling niet door kreeg. Zijn tegenspeler van toen bleek nu als voorzitter van dorpsbelangen zijn grootste pleitbezorger!

Passie voor landschap

Fundamenteel was ook zijn bijdrage aan de Boerderijen Stichting Drenthe. Zijn nieuwsbrieven over de inrichting en aankleding van boerenerven verwierven in korte tijd landelijke bekendheid en zijn schitterende standaardwerk over Drentse boerenerven vormde een kroon op zijn uitgebreide en veelzijdige bibliografie.
Het is verbazend dat Harry de Vroome in zijn arbeidszuchtige en productieve leven nog zoveel tijd en aandacht kon schenken aan zijn gezin en familie. Want ook daarin toonde hij zich een meester. In het deels door hem zelf opgestelde overlijdensbericht licht hij een tipje van de sluier op: het was zijn liefste Hennie die hem in zijn bewogen leven thuis de geborgenheid verschafte en die de contacten met kinderen en kleinkinderen samen met hem inhoud gaf. Maar ook in familiekring liet de passie voor het landschap hem niet los. Zijn schoonzoon, landschapsschilder Berend Groen uit Zeyen, laat zich in zijn werk op een bijzondere manier door zijn opvattingen inspireren. Als rechtgeaarde estheticus was Harry daar bijzonder trots op want voor hem was dat de hoogste graad van betekenisgeving.

Trefwoorden