Sinds enige tijd ligt er een klein maar opvallend boekje over de waddenkust in de boekhandel. Het heet 'Randland. Portret van de Friese en Groningse kuststreek.' Annemarie Kok, correspondente van dagblad Trouw, portretteert hierin de noordelijke kuststreek aan de hand van interviews met 'karakteristieke' mensen die iets met dat landschap hebben.

‘O ja?’, zegt Annemarie Kok verbaasd als ik haar vertel dat er in Zuid-Afrika een gebied bestaat dat Randland heet. ‘Daar heb ik nog nooit van gehoord!’ Ze zit tegenover me aan een tafeltje in het Feith-huis, eens de woonplaats van één van de bekendste historici en archivarissen van het Noorden, wiens naam het huis nog draagt. Een goede plaats om onder het genot van een kop koffie over haar boek te praten, waarin de recente geschiedenis van het Noorden zo’n prominente rol speelt.

‘Het idee voor de titel van het boek kwam zomaar in een flits in me op, ik weet niet precies waar het vandaan kwam,’ vertelt Kok. Achteraf reconstrueert ze dat ze de titel heeft afgeleid van ‘Randstad’. ‘Het gebied dat ik wil beschrijven is in veel opzichten een soort tegenpool van de Randstad. Geen ‘stad’ maar juist ‘land’. Het ligt ook helemaal aan de rand, als het ware weggestopt, afgelegen en vergeten.’
‘Ik ben nu vier jaar ben ik correspondent voor het Noorden voor Trouw. Daarvoor studeerde ik filosofie en journalistiek en werkte vervolgens bij de Leeuwarder Courant . Twee jaar geleden schreef ik voor Trouw een serie van acht stukjes over dit gebied. Een redacteur van Uitgeverij Contact die al lang met het idee voor een boek over dit deel van Nederland rondliep zag dat, en belde me op. Maar een boek schrijven is toch heel wat anders dan een serie artikelen, en ik moest dus zo ongeveer opnieuw beginnen. Het duurde wel een tijdje voor ik wist hoe ik het wilde aanpakken. Het moest een boek met interviews worden, vond de uitgever. Ik besloot dat die moesten gaan over het landschap, omdat dat nu eenmaal het meest bijzondere is van het gebied in kwestie. Maar het leek me wel lastig om mensen over het landschap te interviewen. Gelukkig bleek dat de mensen die ik daarvoor benaderde toch goed begrepen wat ik bedoelde.’

Overdonderende grootschaligheid

‘Ik vind het een geweldig landschap, dat wist ik al voor ik hieraan begon. Ik wilde er wel meer van weten, en het schrijven van dit boek was een aardige manier om dat te doen. Ik was al eens met de auto, niet zo sportief maar toch, langs de hele dijk gereden, vanaf de Afsluitdijk tot aan de Duitse grens. Ik was stomverbaasd. Ik woonde al een hele tijd in de stad Groningen, maar dit gebied kende ik helemaal niet. Ik was vooral overdonderd door de grootschaligheid ervan, Ik wist niet dat dat bestond in Nederland. Ik kreeg toen het gevoel dat ik echt iets ontdekt had, en dat ik er voor Trouw iets mee moest doen. Later, voor het boek, ging ik op zoek naar persoonlijke verhalen over dat landschap, oude maar ook actuele verhalen. Ik ben journalist, ik vind het leuk om anderen te laten vertellen. Ik wilde ook boven het cliché beeld van vette klei, lage luchten en eindeloze verten uitkomen. Daarom heb ik geprobeerd heel verschillende visies op het landschap te verzamelen. Ik sprak met mensen die allemaal op een andere manier verbonden zijn met dat landschap. Ik vroeg hen hoe zij dat landschap beleven, wat ze er zo mooi aan vinden en wat ze hebben zien veranderen.”

Impressies en kleine geschiedenissen

Je boek ligt in de boekhandel tussen stapels boeken van bekende schrijvers als Geert Mak en Westerman. Voel je je daar tussen passen?
‘Daar heb ik niks op tegen’ antwoordt Annemarie Kok lachend, ‘maar mijn boek is wel anders dan de boeken van Mak en Westerman. Dat zijn echte geschiedenis-studies. Mijn boek is meer een verzameling impressies en kleine geschiedenissen. Het is echt een journalistiek boek. Ik schrijf over de ontstaansgeschiedenis van het gebied, het gebruik van de ruimte, de problemen en de kansen. Ook heb ik aan de afzonderlijke verhalen de nodige informatieve passages toegevoegd. Ik vertel daarin hoe de dingen gegaan zijn, omdat de geïnterviewden dat ook niet feilloos meer wisten In het recente verleden zijn er in het gebied heel interessante ontwikkelingen geweest, zoals de dijkverhoging, de inpolderingen en de landaanwinning. Ik heb geen missie, ik ben gewoon nieuwsgierig en wilde gewoon weten hoe verschillende mensen van uit hun eigen achtergrond naar hun omgeving kijken.’

Geen openluchtmuseum

‘Ik vind het een heel bijzonder gebied, waar je dus mee moet uitkijken. Het is in het verleden wel gebleken dat je hier niet al te ambitieuze projecten van de grond moet tillen, zie de Eemshaven. Je moet juist de kwaliteiten die het gebied nu heeft beschermen, de ruimte en de rust. Gelukkig zien veel mensen dat tegenwoordig in. Maar ik kan we ook wel weer vinden in de mening van Jaap Nienhuis (een van de geïnterviewden ) die zegt: het moet hier geen openluchtmuseum worden.’