[i]U hebt de galerie met de langste oprijlaan van Nederland.[/i]
‘Dat hoort bij de beleving. Bij ons ga je eerst rustig zitten. Er is een theeschenkerij, je kunt mijmeren in onze beeldentuin. Je welkom voelen, vinden we belangrijk. We heffen ook geen entree. We zien onszelf als een luxewinkel, toevallig een galerie.’
[i] Dat klinkt nuchter.[/i]
‘Mijn vriendin en ik zijn hier in 1992 begonnen, daarvoor werkten we in de horeca. We houden allebei van kunst, toch zijn we bovenal ondernemers. En kunst is boeiend en interessant, maar als product ook moeilijk, weinig tastbaar.’
[i]Vandaar de keuze voor figuratief?[/i]
‘Belangrijk is dat je kiest. Figuratieve kunst lag dicht bij onszelf en het Drents Museum toont die veel, daar kun je mooi op meevaren. Net als op Academie Minerva. Daarvan hebben we veel kunstenaars in onze galerie: Gerard van de Weerd, Herman van Hoogdalem, Flip Gaasendam. Interessante mensen, met wie we wel wilden werken.’
[i]U biedt vooral Noordelijk realisme?[/i]
‘Ik houd wel in de gaten wat hier vandaan komt. Maar er staan hier ook beelden van Jan de Graaf uit Rotterdam en Anton ter Braak uit Overijssel. We hebben Belgen, Italianen. Als het maar kwaliteit heeft en we het zelf mooi vinden. Je moet als galerie natuurlijk wel een eigen smoel hebben.’
[i]Dennenrode is ontworpen door Michiel Brinkman. En de tuin?[/i]
‘Die hebben we zelf zo ingedeeld dat de hagen de contouren van het huis weerspiegelen. We hebben kamers gemaakt, elk beeld heeft zijn eigen omgeving. In relatie tot het huis dan, want dat is natuurlijk heel dominant.’
[i]U wisselt maar liefst per maand van expositie.[/i]
‘Vaak is in het openingsweekend al driekwart verkocht. Dus hebben we gezegd: we gaan van acht naar vier weken. En verkoop je niet goed – wat natuurlijk ook gebeurt – dan ga je weer snel naar de volgende tentoonstelling.’
Het Noorden telt een aantal bijzondere galeries.
Zoals Galerie Wildevuur, gevestigd in Landhuis Dennenrode, in 1922
gebouwd in de stijl van de Amsterdamse school op landgoed Hiemstrastate in Hooghalen. Eigenaar Philip Wildevuur vertelt.