Mijn blauwe stadsfiets is laatst beklad met graffiti. ‘Kijk nou, wat stom!’, zei ik tegen mijn vriend. Waarop hij zei: ‘Hoezo, stom? Dat is toch cool?’ Waarna hij me vertelde dat de krabbel de handtekening is van een bekende Groningse graffiti-artiest. Nog steeds had ik mijn fiets liever onbespoten gezien. Maar toegegeven, toen ik merkte dat mijn vriend de graffiti juist mooi vond, werd mijn blik ook wat milder. Wat het uiteindelijk is, stom of cool, lelijk of mooi, wie zal het zeggen? Esthetiek is moeilijk in feiten te vangen.
Toch wagen we in dit nummer een poging. Zo bepleit ik in een essay dat de vaak lelijk bevonden stad Hoogeveen best mooi is, als je goed kijkt. En de Waddenzee lelijk noemen? Nee, zo ver gaat Marc Argeloo niet, maar hij trekt wel in twijfel of de huidige staat de mooiste is. Verder laat Ineke Noordhoff zien hoe kwalijke meststort de ontwikkeling van het Drentsche Aa-gebied de afgelopen dertig jaar lelijk in de weg zat.
Iets wat zonder twijfel wel mooi is, is de prachtige tijd die ik heb gehad bij Noorderbreedte. Die loopt om allerlei redenen op zijn eind. Daar lees je meer over in mijn column.
Adjunct-hoofdredacteur Tjesse Riemersma neemt tijdelijk mijn werkzaamheden over. Ik ben razend benieuwd wie er het team nog verder komt versterken. Houd de website in de gaten om de vorderingen te volgen.
Ik wil graag iedereen – mijn collega’s, maar zeker ook de trouwe lezers – ontzettend bedanken. Ik heb zo ongelooflijk veel mogen leren de afgelopen drie jaar, over journalistiek, Noord-Nederland, liefde voor het landschap en daarnaast over mezelf. Het was een onvergetelijke tijd, waarop ik met plezier en trots ga terugkijken. Maar voor nu: tot ziens!