We zijn bezig met een wedloop naar een duurzame toekomst en de noodzaak van een omslag van fossiele brandstoffen naar duurzame elektriciteit is evident. Daarvoor zijn nieuwe industrieën ontstaan, zoals de grootschalige productie van batterijen en accu’s. Lithium is een onmisbare grondstof voor de opslag van stroom en de vraag ernaar neemt dan ook elk jaar toe. De grootste lithiumbronnen van de wereld liggen in Zuid-Amerika. Die in Chili zijn het best ontwikkeld. In het politiek gezien minder stabiele Bolivia en Argentinië liggen andere grote bronnen.
In de Chileense Atacama-woestijn wordt lithium uit de grond gehaald en verscheept naar fabrieken in met name China. In de vorm van batterijen en accu’s gaat dat naar het Westen. Atacama is ook rijk aan koper, een andere belangrijke grondstof voor electronica. De afgelegen zoutwoestijn maakt zo deel uit van de wereldeconomie. Er is een enorme infrastructuur gebouwd voor de extractie van lithium en koper, met ingrijpende gevolgen voor het landschap, die zelfs vanuit de ruimte zichtbaar zijn.
De opeenvolgende poelen waarin het opgepompte pekel wordt gedroogd en in stappen gefilterd tot een bruikbare grondstof, zijn bijna abstracte schilderijen. Maar hun schoonheid bedriegt. De winning verbruikt het leeuwendeel van de beschikbare hoeveelheid water in de droge regio. Het industriële proces verzilt het grondwater en vervuilt dat met kankerverwekkende stoffen, terwijl schoon water in het afgelegen gebied juist essentieel is voor de lokale gemeenschap en het ecosysteem.
Er vindt veel onderzoek plaats naar meer milieuvriendelijke materialen voor accu’s, maar het ziet ernaar uit dat lithium nog lang onmisbaar blijft. David Maisel fotografeert de locaties waar het gewonnen wordt vanuit gehuurde vliegtuigen. Zijn tableaus doen aan als sublieme ervaringen, in hun overweldigende combinatie van schoonheid en huiver.