Waargebeurdeverhalenschrijver Ellis Ellenbroek onderzoekt hoe het nieuwkomers in het Noorden vergaat.

‘Ik heb de grootste uitdaging wel gehad. Misschien moest ik eens stoppen.’ Dat was de gedachte van Andreas Voss (63) toen de covid-pandemie over zijn hoogtepunt heen was. De arts-microbioloog en hoogleraar infectiepreventie aan de Radboud Universiteit in Nijmegen zat in het Outbreak Management Team en werd een bekend tv-gezicht. Maar net toen hij overwoog het kalmer aan te doen, werd hem eind 2021 de baan als hoofd medische microbiologie in het UMCG in Groningen aangeboden. Voss veranderde van gedachten. ‘Ik vond mezelf toch nog wat jong om drie keer per week golf te spelen.’
In mei 2022 begon hij in Groningen. Zijn missie is de afdeling medische microbiologie een oppepper te geven. ‘Covid heeft dingen echt ontregeld. Te lang zijn besluiten uitgesteld en zijn er geen knopen doorgehakt. Daar probeer ik nu werk van te maken.’ Ook legt hij het accent op meer fysieke interactie tussen collega’s, in plaats van online werken of thuiswerken. ‘Zelf krijg ik de mooiste ideeën als ik anderen in de ogen kan kijken. Ik verkondig dat ook steeds als ik collega’s via een scherm met elkaar zie praten, in plaats van dat ze even naar elkaar toelopen.’
Vier dagen in de week is hij in Groningen. De vaste dinsdagavond in Nijmegen met de mannen van zijn serviceclub Round Table moet hij helaas missen nu. Een parttime noorderling. Van Nijmegen naar Groningen ver? Helemaal niet. ‘Het is maar 2 uur en 17 minuten met de auto, als je op het juiste moment rijdt.’
Het treinen heeft hij helaas opgegeven. Te oncomfortabel. Die eeuwige vervangende bussen tussen Zwolle en Meppel, of op een holletje naar een perron een heel stuk verderop voor de aansluiting in Zwolle. ‘Voor de NS gaat er blijkbaar niets boven Zwolle. Je zou toch verwachten dat ze bij zo’n belangrijke verbinding als Zwolle-Groningen de treinen tegenover elkaar op hetzelfde perron zetten.’

De voorgenomen datum waarop hij in Groningen het roer wil overgeven aan een fris afdelingshoofd houdt hij voor zich, vertelt hij thuis in Stad. Zijn schipperswoning in de Noorderplantsoenbuurt is ingericht met huisraad uit de kringloop en de allereerste eethoek van Voss en zijn vrouw. Hier kan hij eindelijk ook zijn abstracte kunst ophangen waar de meningen thuis in Nijmegen over verdeeld zijn.
Ondanks de tijdelijkheid van het noordelijke leven heeft Voss het schippershuisje gekocht. Misschien is het Duitse grundlichkeit, zo’n koophuis. Die speelde ook toen hij voor de liefde naar Nederland kwam, in 1994. Hij leerde Nederlands bij de nonnen in Vught en gaf zijn Duitse nationaliteit op voor een Nederlands paspoort. ‘In het land waar ik woon, wil ik meedoen en bijvoorbeeld kunnen stemmen.’

In Groningen pikte hij al diverse stadsrondleidingen mee, vast programma-onderdeel bij internationale gasten op het werk. Het maakte dat hij zelf als gids kon optreden voor zijn broers en zussen. Op een bootje ging de familie door de Groningse diepen.
‘Ik was hier net vijf minuten of ik was al lid van de burenapp’, vertelt hij. ‘Het was een zonnige dag, veel mensen waren op straat. Ze zeiden: “O, u bent waarschijnlijk de nieuwe buurman.”’ Een buurman repareerde op eigen initiatief een gebrek aan Voss’ voorgevel. Weer andere buren boden spontaan parkeeruren aan toen zijn kinderen kwamen. Zijn jongste dochter is zo enthousiast over Groningen, dat ze overweegt er haar master rechten te gaan doen.
‘Ik heb weleens gehoord dat de noorderling terughoudend is, ik zie dat niet’, zegt Voss. ‘De Groningers, Friezen en Drenten die ik heb ontmoet zijn toeschietelijk, vriendelijk en degelijk. Ze werken niet de hele dag met hun ellebogen. Ze willen samen iets bereiken. Ze horen echt bij de leukste mensen die ik ben tegengekomen. Ik noemde mij altijd een echte zuiderling, maar misschien ben ik in mijn hart een noorderling.’

Andreas Vos
Geboren 14 februari 1961 in Warstein, Duitsland
Is hoogleraar infectiepreventie en afdelingshoofd medische microbiologie en infectiepreventie binnen het UMCG
Noorderling sinds mei 2022 (parttime)
Komt uit Berg en Dal, bij Nijmegen
Woont in Groningen (door de week)
Status gehuwd met Angela (1967); kinderen Timothy (1994), Allegra (1996), Dennis (1998), Gregory (2000), Francesca (2001)