Het dorp Nieuw Roden, Nij Rôon in de volksmond, staat belangrijke beslissingen te wachten. Binnenkort zullen de dorpsbewoners zich moeten uitspreken over de gemeenteplannen voor grootschalige woningbouw tussen Roden en Leek, en in het bijzonder over de herstructurering van het Brinkgebied.

Een ‘ontwikkelingsvisie’ moet het draagvlak leveren voor de bouw van nieuwe woningen, een zogenoemde brede school, woonzorgvoorzieningen voor ouderen, een kleinschalig bedrijventerrein en opwaardering van de winkelvoorzieningen. Een stuurgroep met diverse afgevaardigden moet deze visie formuleren, ter vaststelling in de gemeenteraad.
Bijzondere aandacht gaat uit naar de zestig huurwoningen van het Brinkgebied. Hiervoor is een aparte projectgroep ingesteld, ondersteund door een op bewonersparticipatie geselecteerd architectenbureau. Voor de bewoners had het allemaal niet gehoeven. Zij wensen een goede renovatie van een deel van de woningen, met aanpassingen voor ouderen. Maar eigenaar Woonborg problematiseert de verhuurbaarheid voor de toekomst, pleit voor het ‘levensloopbestendige woningtype’ en ziet ruimte voor verdichting. De analyse van de woontechnische kwaliteit van de woningen en de huidige populariteit van het Brinkgebied rechtvaardigen echter geen herstructurering. De verdenking bestaat daarom dat de woningbouwvereniging haar motieven ontleent aan de sterk gestegen waarde van het onroerend goed en de mogelijkheid om die juist nu te benutten voor investeringen in de woningvoorraad. Daarbij gaat Woonborg, en met haar de gemeente, ook nog eens voorbij aan de door bewoners en de Bond Heemschut onderschreven cultuurhistorische waarde van het huidige Brinkgebied.

Nieuw Roden op het Rônerveld

De geschiedenis van Nieuw Roden en haar Brinkgebied lijkt zich te herhalen. Het dorp Nieuw Roden ontstond namelijk een eeuw geleden ook uit de volkshuisvestingspolitiek van liberaal ingestelde bestuurders. Zij propageerden de herhuisvesting van bewoners van het Rônerveld in nieuwe woningen, gebouwd naar de laatste inzichten. Het Rônerveld had door de markenscheiding aan betekenis verloren als gemeenschappelijk beweide grond. Het veld was echter als ‘gemeene grond’ nog wel toevluchtsoord voor wie aan de zelfkant van de dorpssamenleving leefde. Het verhaal gaat dat wie erin slaagde in één nacht een plaggenhut met rokende schoorsteen wist op te richten, deze blijvend kon bewonen.
Na de eeuwwisseling kwam in deze situatie verandering door de introductie van kunstmest en stadscompost en de mogelijkheden van een grootschalige veldontginning. Het Rônerveld werd omgezet in productieve landbouwgrond, uit te geven aan kleine, startende boeren. Vrije lieden met hun eigen bedoening werden niet meer gedoogd. Het veld was in waarde gestegen en kon te gelde worden gemaakt

Tuindorp als dorpshart

De Woningwet uit 1901 verplichtte de gemeente Roden zorg te dragen voor een zekere kwaliteit van de woningen, vanuit het oogpunt van volksgezondheid. Zelfopgerichte hutten, keten en woningen van landarbeiders, houtsprokkelaars en verveners werden geïnspecteerd. Gebreken diende de bewoner te verhelpen op straffe van een boete of onbewoonbaarverklaring. De gemeente stelde zich onder de liberale burgemeester Bloemert tot doel door de bouw van woningwetwoningen een alternatieve huisvesting te bieden bij Roderveld, later omgedoopt tot Nieuw Roden.
De stads- en landschapsarchitect Verdenius kreeg eind jaren dertig van het gemeentebestuur de opdracht een woonbuurt te ontwerpen, geheel volgens de toen in zwang zijnde opvattingen over de huisvesting van arbeiders in tuindorpen: ruimte, frisse lucht en propere woningen, ordentelijk geschikt in rijen en gebouwd volgens de laatste bouwvoorschriften. Verdenius ontwierp een centrale brinkruimte, met aan weerszijden rijen woningen: de Brinkstraat-noord en Brinkstraat-zuid. Ook langs de ontsluitingsweg van de begraafplaats, de Beukenlaan, verrees een aantal woningwetwoningen. De oorlog onderbrak het bouwproces, maar in de wederopbouw werd tussen het eigenlijke brinkgebied en de begraafplaats de laatste fase gerealiseerd: de Berkenstraat. Ten slotte zijn er nog enkele woningen toegevoegd aan de Esweg. De genoemde straten vormden samen het Brinkgebied, lang het hart van het dorp Nieuw Roden.

Verloren vrijheid

Het verlies van de misschien armzalige bedoening in het veld betekende ook het verlies van vrijheid en zelfstandigheid. Men werd van ‘eigenaar’ tot huurder van een stenen, duurbetaalde woning en onderworpen aan regels die de gemeente als eigenaar stelde; regels die grenzen stelden aan het erfgebruik, bezit van vee, drankgebruik en onbetamelijk gedrag. Afgaande op de verhalen van de huidige bewoners van het Brinkgebied is er na de oorlog toch een hechte sociale gemeenschap ontstaan. Gemeenschappelijk zijn familiebanden, de geringe scholing en het lagere inkomensniveau, de vrijheidszin en het afzetten tegen Roden. Er is sindsdien veel veranderd. Echte armoede is er niet meer en veel huizen zijn door de huurders met eigen inzet opgeknapt. De ooit als krap ervaren ‘erven’ zijn nu relatief ruime tuinen, geschikt voor groenteteelt, paarden en kleinvee. Een aantal oorspronkelijke bewoners woont er nog, maar ook hun kinderen of zelfs kleinkinderen. Het Brinkgebied is dan ook populair bij ingeschreven woningzoekenden.
In 1995 kwam de gemeente met het Integraal Basisplan, met daarin het voorstel om de brink te bebouwen. De bewoners verzetten zich en werden zich weer bewust van de waarde van hun tuindorp. Het voorstel ging toen van tafel, maar duikt nu weer op, verpakt in de onderzoeksopdracht naar de mogelijkheden van woningbouw, met behoud van de stedenbouwkundige opzet. Het mocht geen herstructurering heten; hooguit zou enige verdichting plaatsvinden. De bewoners reageerden met een ‘hegstructurering’ en plantten 1600 meter liguster- en beukenhaag aan rond de voortuinen: een symbolische daad vóór behoud en herstel van hun karakteristieke tuindorp.

Drents tuindorp verloren?

Aan zowel de gemeente als aan woningbouwvereniging Woonborg kon op geen enkel moment een bevestiging ontlokt worden van de unieke cultuurhistorische waarde van dit ‘Drentse’ tuindorp. Dat zou immers een strategie voor behoud van de huidige situatie in de hand werken. Als uitkomst van ruim een jaar onderzoek en vaak pittig overleg binnen stuurgroep en projectgroep is nu een plan voor het Brinkgebied uitgewerkt. Het voorziet in de sloop en vervangende nieuwbouw van de beide Brinkstraten en in cascoverbetering en verkoop van één zijde van de Berkenstraat. Er worden levensloopbestendige woningen gebouwd met de uitstraling van oude tuindorpwoningen. De huren gaan fors omhoog, met huurgewenning voor terugkerende bewoners. Maar uiteindelijk zullen deze woningen niet meer worden toegewezen aan mensen met een geringe draagkracht, zoals er nog veel zijn in Nieuw Roden. De bewoners vrezen daarom voor de gemeenschapszin en de eenheid van de woonbuurt. Herstructurering dus.
Tenzij de dorpsbewoners zich eensgezind tegen de plannen keren, zal de gemeente Noordenveld in het najaar besluiten de plannen uit te voeren. Het rode hart van Nieuw Roden zal na de herstructurering anders kloppen. Maar wellicht kijken over een kleine eeuw de bewoners van de wijk Nieuw Roden in Noordenveld opnieuw terug op de bewoners die toen kozen voor een plan dat voorzag in woningen waar men nog steeds met veel plezier in woont.

De auteur is landschapsarchitect en als projectcoördinator werkzaam bij de Vereniging Brede Overleggroep Kleine Dorpen in Drenthe.