Al meer dan twintig jaar wordt erover gepraat en geen weldenkend mens is het er mee oneens. Duurzame ontwikkeling, of zoals ze in Zuid-Afrika zeggen, volhoudbaarheid. Die term zegt veel en door die te gebruiken maken we het meteen wereldwijd.

Bewindslieden stellen dat duurzame ontwikkeling de pijler onder de samenleving moet zijn. Bij duurzame ontwikkeling gaat het erom ervoor te zorgen dat toekomstige generaties minstens zoveel kansen op ontplooiing en ontwikkeling hebben als wij zelf. Dat betekent heel concreet dat er zorgvuldig omgegaan moet worden met natuur, milieu en landschap (geografische en ecologische aspecten), mensen en hun verlangens, motivaties en culturen (sociaal-culturele aspecten) en de mogelijkheden van mensen te voorzien in hun huidige en toekomstige behoeften (economische aspecten, als arbeidspotentieel, kennis, kapitaalgoederen). Dat moet hier en nu, en daar en later. Op papier komen we daar een eind mee, in de praktijk valt het nogal tegen, zeker wereldwijd.
Na de Club van Rome met zijn doemscenario’s …