Bewindslieden stellen dat duurzame ontwikkeling de pijler onder de samenleving moet zijn. Bij duurzame ontwikkeling gaat het erom ervoor te zorgen dat toekomstige generaties minstens zoveel kansen op ontplooiing en ontwikkeling hebben als wij zelf. Dat betekent heel concreet dat er zorgvuldig omgegaan moet worden met natuur, milieu en landschap (geografische en ecologische aspecten), mensen en hun verlangens, motivaties en culturen (sociaal-culturele aspecten) en de mogelijkheden van mensen te voorzien in hun huidige en toekomstige behoeften (economische aspecten, als arbeidspotentieel, kennis, kapitaalgoederen). Dat moet hier en nu, en daar en later. Op papier komen we daar een eind mee, in de praktijk valt het nogal tegen, zeker wereldwijd.
Na de Club van Rome met zijn doemscenario’s zijn we via Brundtlands lonkend perspectief van duurzame ontwikkeling beland in een milieu-identiteitscrisis. De collectieve worsteling met begrippen als ‘maatschappelijk verantwoord ondernemen’ en de krachteloosheid en verkokering van de milieubeweging is hier een voorbeeld van.
Duurzame ontwikkeling is in Nederland bijna altijd verbonden met milieu. Iedereen hanteert echter andere definities en bijna alles valt onder duurzame ontwikkeling. Het is een containerbegrip geworden. Bovendien loopt het Rijk achter en moet duurzame ontwikkeling in allerlei zaken meegewogen worden.
In dit Noorderbreedte-nummer wordt duurzame ontwikkeling uit de milieuhoek gehaald. Het gaat om meer dan alleen het milieu. Zaken als landschap, ruimtelijke ontwikkeling, veiligheid, gezondheid, architectuur, mobiliteit en landbouw spelen een belangrijke rol in dit themanummer. Duurzame daadkracht is de rode draad in dit nummer.
Op het terrein van duurzame ontwikkeling zijn in het Noorden vele mensen, bedrijven en organisaties actief; vaak gedreven personen die de weerbarstige praktijk aan den lijve hebben ondervonden. Mensen met een verhaal. We geven een groot aantal voorbeelden uit Friesland, Groningen en Drenthe die het macraméstadium van de duurzame ontwikkeling hebben overgeslagen. Projecten en initiatieven die werkelijk hout snijden. Vooral de provincie Friesland heeft duurzame ontwikkelingsprojecten in gang gezet die internationaal respect afdwingen, met name op het gebied van watertechnologie en watermanagement. In de provincie Groningen vallen de energieprojecten op en in Drenthe is een aantal pilotprojecten van start gegaan op met betrekking tot licht en duisternis, en amusement.
Noorderbreedte wil met dit nummer aangeven dat duurzame ontwikkeling in Noord-Nederland inmiddels duidelijke resultaten heeft bereikt en dat er veelbelovende projecten zijn opgestart. Denkkracht, expertise, wetenschappelijke kennis en creativiteit op dit gebied moeten verder worden gemobiliseerd en ontwikkeld, waarbij Noord-Nederland een glansrijke gidsrol kan spelen en een inspiratiefunctie kan vervullen voor andere gebieden in de wereld.
Dit themanummer is mede totstandgekomen door financiële bijdragen van het ministerie van VROM en van de provincies Friesland, Groningen en Drenthe.