De PeerGrouP heeft in Veenhuizen met balen stro een onderkomen gebouwd voor debatten en voorstellingen over de toekomst van de agrarische sector.

De PeerGrouP, vijf jaar geleden opgericht door Sjoerd Wagenaar en Cis van Helmond, timmert aan de weg. Structurele subsidies van het ministerie van OC&W en de provincie Drenthe sinds 1 januari 2005 tonen aan dat dit niet onopgemerkt blijft. Het locatietheatergezelschap maakte de afgelopen jaren naam met diverse grote projecten in het Noorden, zoals de voorstelling Waterkracht, die zich afspeelde in het ruim van een coaster op Terschelling tijdens het Oerol-festival in 2001. In datzelfde jaar vond Het Dolende Land plaats, in een maïsveld. De oude locomotievenremise in Nieuweschans was de locatie voor Te Gast in de Graanrepubliek in 1999. En in de oude aardappelmeelfabriek in Ter Apel was in 2004 Faust Inc. te zien. In deze periode werkte Wagenaar samen met verschillende freelance kunstenaars, onder wie Henry Alles (componist), Elles Kiers (beeldend kunstenares en kokkin), Sytze Pruiksma (muzikant), André Pronk (lichtontwerper) en Hadewijch ten Berge (kostuumontwerp).
Bijzondere locaties boeien Sjoerd Wagenaar. Hij heeft wat met het noordelijke landschap en met bepaalde gebouwen in dat landschap. Vooral plekken met een geschiedenis, een verhaal, krijgen hem te pakken. Hij laat de voorstellingen die hij er maakt voor een belangrijk deel daar door bepalen.

Mobiele werkplaats

Sinds kort heeft de vijftien mensen tellende PeerGrouP een vast onderkomen in Drenthe, tegenover het Gevangenismuseum in Veenhuizen. Het is een loods die eerder het onderkomen vormde voor gemeentewerken en de plantsoenendienst. Er wordt nog gewerkt aan de inrichting. Voor de winter zal er nog iets aan isolatie moeten worden gedaan. Wagenaar vertelt dat het niet de bedoeling is om in de loods voorstellingen te gaan geven. Hij wil het pand vooral gebruiken als werkplaats en uitvalsbasis voor locatieprojecten elders.
‘Ik zie het als een mobiele werkplaats. We kunnen hier van alles maken. De negen grote baanderdeuren in de loods maken het mogelijk om met alles wat we hier bouwen heel gemakkelijk naar buiten te kunnen naar allerlei locaties waar we aan het werk zijn. Het is een prachtige plek: midden in het in cultuurhistorisch opzicht rijke Veenhuizen, en met de mooiste landschappen in de onmiddellijke omgeving.’
De in Gieten geboren en opgegroeide Sjoerd Wagenaar studeerde aan de Academie Minerva in Groningen en volgde daarna de tweedefaseopleiding DasArts in Amsterdam. Hij keerde terug in Drenthe omdat tradities, geschiedenis en cultuur hier bij elkaar komen. Het boek Landschap en herinnering van de Britse historicus Simon Shama was van invloed op die beslissing. Het Drentse landschap inspireert Wagenaar omdat daar nog veel sporen te vinden zijn die verwijzen naar wat mensen ooit hebben gedaan. Het landschap vertelt hier op veel plekken een verhaal en dat verhaal wil hij theatraal verbeelden. Het liefst doet hij dat samen met de bewoners van het gebied. Zij zijn degenen die de verhalen moeten leveren, die de geschiedenis van de locatie kennen. Het kan naar twee kanten werken. Ter plekke ontstaat een opmerkelijke theaterproductie én de mensen uit de omgeving zijn er actief bij betrokken, waardoor misschien een scherper bewustzijn ontstaat ten aanzien van de waarde van het gebied en de geschiedenis die daarbij hoort.

Reis door de tijd

De artistiek leider van de PeerGrouP vertelt dat hij al zo’n anderhalf jaar bezig is met het landbouwproject De Sector. Dit project begint op 8 september met een voorstelling rond voedsel en macht, in een kasteel van strobalen. ‘Ik wilde een project doen waarbij het landschap centraal zou staan en waarbij ik tegelijkertijd een soort reis door de tijd zou kunnen maken. Vanuit deze gedachte kwam ik bij de landbouw terecht, en ook doordat die landbouw bijna elke dag wel in het nieuws is. Er is veel aan de hand in de agrarische sector, maar diezelfde sector heeft hier ook een rijke traditie die je terugvindt in het landschap, bijvoorbeeld in de vorm van celtic fields, in de akkerstructuur, maar ook in de gewassen die verbouwd worden.
In De Sector zal het gaan over het verleden en de toekomst van de sector. Het boek De Graanrepubliek van Frank Westerman, dat ik al een keer heb gebruikt als achtergrond voor een voorstelling, heb ik ook hierbij in mijn achterhoofd. Al snel is het idee ontstaan van dat kasteel van strobalen, een metafoor voor de landbouw. Zoals de wisseling der seizoenen het leven van de boer en de aanblik van de akkers bepaalt, zo zullen de verschillende jaargetijden straks ook hun invloed hebben op het kasteel. Het stro zal verweren, zal groen worden, zal er aan de ene kant van het kasteel door de weersinvloeden anders uit gaan zien dan aan de andere kant, en dat is precies wat ik wil. Daarom moet het bouwwerk in ieder geval een jaar blijven staan. Alle seizoenen moeten hun invloed erop kunnen laten gelden. Ik werk samen met Robert van der Horst, die al eens eerder iets groots heeft gebouwd met pakken stro. Hij heeft het ontwerp voor het kasteel in Veenhuizen gemaakt.’

Oude gewassen

Enkele strekkende meters boeken en rapporten laten zien dat Sjoerd Wagenaar zich grondig in de landbouwmaterie heeft verdiept. Ook contacten met deskundigen hebben veel kennis opgeleverd. Zo praat hij al een jaar met ambtenaren van het ministerie van LNV en is hij even lang in gesprek met het Ontwikkelingsbureau Veenhuizen. Daar komt nog bij dat in Veenhuizen de stichting De Nieuwe Akker bezig is met de teelt van oude gewassen, een gegeven waar Sjoerd Wagenaar rond zijn project ook wat mee wil.
In de loop van het ‘landbouwjaar’ zal rond het kasteel een tiental ‘stations’ op wielen worden geplaatst, elk met een eigen functie, variërend van een informatiestand voor bezoekers tot ateliers en een stilteruimte. Het kasteel zelf zal gebruikt worden voor voorstellingen, exposities en debatten waarin de landbouw centraal zal staan. Kunstenaars en theatermakers krijgen volop kansen om in het kasteel hun ideeën te realiseren. ‘Er moet van alles totstandkomen, waarbij het publiek steeds kan terugkeren om de ontwikkeling te volgen’, aldus Sjoerd Wagenaar.
Een van de projecten omhelst het GPS-gestuurd inzaaien van drie hectare grond met bloemzaad in drie verschillende kleuren. Dat moet in het voorjaar van 2006 gebeuren. Dit project wordt in samenwerking met de Noordelijke Ontwikkelingsmaatschappij en de Rijksuniversiteit Groningen ontwikkeld. Het groeiproces wordt gevolgd en gefotografeerd. Het Interprovinciaal Overleg, waarvoor de provincie Drenthe dit jaar gastheer is, zal op 27 september een gedeelte van zijn activiteiten in het strokasteel laten plaatsvinden. In december 2005 zal Henry Alles een voorstelling in het kasteel maken, en Kees Roorda is gevraagd om in het voorjaar van 2006 een productie voor zijn rekening te nemen. In mei zal Noorderbreedte er waarschijnlijk een festiviteit organiseren rond het dertigjarig bestaan van het tijdschrift. En eind augustus wordt het land voor het kasteel ingezaaid met maïs omdat kort daarna een kindervoorstelling plaats zal vinden. De kinderen zullen dan voor het kasteel in een doolhof terecht komen. Wagenaar maakt hiervoor een verhaal en benadert acteurs. Alle kinderen van de basisscholen in Drenthe kunnen de voorstelling bezoeken.

Sjoerd Wagenaar: ‘Wat ik wil is mensen aan het denken zetten, bijvoorbeeld over de verindustrialisering van het platteland, de manipulatie van ons voedsel, en de relatie tussen de landbouw hier en de productie van voedsel in de landen van de Derde Wereld. Boeren hoeven hier al bijna niet meer de stal in, want het melken laten ze over aan robots. Ik wil het verleden absoluut niet romantiseren, maar is dit wat we willen? Moeten we in sneltreinvaart verder met dit soort ontwikkelingen, en wat betekent dat dan voor het landschap? Ik zal nooit zeggen hoe het moet. Dat weet ik niet eens. Maar laten we in ieder geval bewust met de ontwikkelingen omgaan.’

Trefwoorden