Tegen de ondergrondse zoutwinning bij Harlingen is weinig te doen. De concessies zijn al jaren geleden verleend. En zoutfabriek Frisia levert werk op. Maar schade door bodemdaling moet via een speciale commissie eenvoudiger verhaald kunnen worden. Liefst met omkering van de bewijslast. Aafke Postma (PvdA) zag een motie van die strekking unaniem aangenomen door Provinciale Staten van Friesland.

Cavernes heten ze: grote, holle ruimtes op bijna drie kilometer diepte langs de Waddenkust, iets ten oosten van Harlingen. De holtes ontstaan bij de winning van hoogwaardig industrieel en medicinaal zout door Frisia Zout BV, onderdeel van het Europese zoutconcern Esco. Dat die cavernes niet ‘instorten’, komt omdat ze onder invloed van hoge temperaturen en dieptedruk op natuurlijke wijze worden aangevuld. Het gevolg is niettemin dat bovengronds, in een veel groter gebied dan louter rond de vier winputten, toch bodemdaling optreedt: op het diepste punt 32,5 centimeter tot nu toe, in concessiegebied Barradeel I althans. Meer daling is daar volgens deskundigen niet te verwachten, evenmin als in het daarop volgende concessiegebied Barradeel II. De concessies bepalen dat Frisia stopt met de z…