We vieren het pas als iedereen terug is. Terschelling in de Tweede Wereldoorlog
Johan van der Wal
Uitgeverij Van Wijnen, Franeker,
456 blz. € 49,50

De dissertatie We vieren het pas als iedereen terug is van oud-Noorderbreedte-redacteur Johan van der Wal, geeft een voortreffelijk beeld van de Terschellingse samenleving tijdens de oorlog. Het is een gedegen studie, gebaseerd op uitgebreid archief- en literatuuronderzoek, en interviews met oude Terschellingers. Jammer dat bij Noorderbreedte niet eerder bekend was dat Van der Wal zich hiermee bezig hield, want dan hadden we hem zeker gevraagd voor een bijdrage aan het themanummer Landschap in de Tweede Wereldoorlog uit 2005.
Op Terschelling zaten de bezetters zo dicht op de bevolking dat zij tot elkaar veroordeeld waren. Zo hebben nagenoeg alle mannen op het eiland tussen de 18 en 60 jaar voor de Duitsers gewerkt. Overigens lieten de dames zich ook niet onbetuigd; zeventig van hen lieten zich in met Duitsers. De vijf op het eiland wonende joden werden vermoord in de concentratiekampen.
Ondanks deze constateringen stelt de auteur vast dat er een grote solidariteit was onder de Terschellinger bevolking, die hij zelfs als ‘zorgzame samenleving’ typeert. De zorg betrof onder meer de steun aan zeemansvrouwen die weduwe waren geworden. Er werkten tijdens de oorlog 180 mannen op de koopvaardijvloot, van wie er veertig het leven verloren.
Op het eiland is geen sprake geweest van oorlogshandelingen. De Nederlandse militairen die er voor de oorlog gelegerd waren, werden op 16 mei 1945 krijgsgevangen gemaakt door veertig Duitse militairen. Tijdens de oorlog waren er tussen de 1000 en 2200 Duitsers op Terschelling gelegerd. Verzet is er nauwelijks geweest, want de overmacht aan bezetters was groot en er was geen mogelijkheid om te vluchten. Hoewel er dus wel voor de Duitsers werd gewerkt, is er op het eiland weinig echt gecollaboreerd. Van de 3300 inwoners werden na de oorlog 35 veroordeeld door de Bijzondere Rechtspleging. Het eiland werd pas bevrijd op 19 mei.
Johan van der Wal plaatst het leven in de oorlog in zijn zeer lezenswaardige proefschrift in een duidelijk historisch perspectief door uitgebreid in te gaan op de geografische, cultuurhistorische, sociologische en economische omstandigheden.

Van der Wal blijkt overigens nog de oude visie aan te hangen wat betreft zijn opvatting dat het eiland deel uitmaakte van de Atlantikwall, een reeks verdedigingswerken die door de Duitsers was aangelegd langs de kust van West-Europa, vanaf Zuid-Frankrijk tot aan het noorden van Noorwegen. In het genoemde themanummer van Noorderbreedte stellen zowel historicus Johan Huizinga, auteur van Friesland in de Tweede Wereldoorlog, als ook historicus Franz Lenselink dat de Atlantikwall in Nederland ophield bij Den Helder om pas weer verder te gaan in Denemarken: de waddeneilanden maakten er geen deel van uit. Het doel van de Atlantikwall was immers, aldus beide historici, het tegengaan van een geallieerde invasie, en die zou gezien de aanwezigheid van de waddeneilanden en de Waddenzee niet plaats gaan vinden voor de kust van Friesland, Groningen en Noord-Duitsland. De bunkers op de eilanden waren volgens deze auteurs uitgerust met radarsystemen om geallieerde vliegtuigen op te sporen, en niet ter verdediging van een invasie vanuit zee.

Jan Abrahamse

Aaktermiede & wachthuusplak
Veldnamen op Terschelling in duin en polder
Arjen Kok
Van Gorcum, 200 blz. € 59,75

Wie het landschap van Terschelling in zijn historische en actuele ontwikkeling wil begrijpen, kan niet om veldnamen heen. Arjan Kok en zijn kompaan Hilbrand van Dijk hebben dat goed begrepen. Zij maakten een schitterende veldnamenatlas vol historische foto’s en kaarten, afgewisseld met informatieve intermezzo’s.
Voor de presentatie van het materiaal wordt een toegankelijk systeem van twee basiskaarten gehanteerd: de beruchte collectie geallieerde luchtfoto’s van 1944 (1:5500) en vereenvoudigde topkaarten van de actuele situatie (1:12.500). Gekoppeld aan een geografisch grid van het eiland krijgen we zo een gedetailleerd en helder beeld van oud en nieuw. Daarnaast wordt onderscheid gemaakt tussen duin en polder, of zo men wil tussen natuur en cultuur, hoewel dat laatste ook op een waddeneiland als Terschelling altijd arbitrair is. Met name in de duinen vormen de veld- en pleknamen een mooie afspiegeling van het voortdurende gescharrel in een van de meest onherbergzame landschappen van ons land. Elke periode van gebruik, ontginning of inrichting laten namen achter die tezamen een gemêleerde biografie van het duinlandschap vormen. Zo worden achtereenvolgens de lagen zichtbaar van de oerol (overal beweiding), de kustbescherming, Staatsbosbeheer, de cranberryteelt, de oorlog en het massatoerisme.
Een sterk punt van de publicatie is ook het gevoel voor verandering. Zo komen de ruilverkavelingen in de polders en de gevolgen daarvan voor de naamgeving uitgebreid aan bod. De enorme impact van deze schaalvergroting zou nog sterker tot uitdrukking zijn gekomen wanneer in de tekst ook aandacht was besteed aan de vooroorlogse agrarische ecologie.
Nuchter stellen de samenstellers dat hun boekwerk als een momentopname moet worden gezien. Het vergeten, herinneren en benoemen gaat immers gewoon door. Maar dat neemt niet weg dat hier een culturele reserve is vastgelegd en ontsloten die latere generaties opnieuw zal inspireren.

Hans Elerie

Trefwoorden