Het landschap is een blijvende bron van levensvreugde, zoals de Drentse landschapsarchitect Harry de Vroome prachtig zei. Voor de schrijver Willem van Toorn is het landschap echter evenzeer een bron van voortdurende zorg en verontwaardiging.

Al jarenlang wijst hij in essays, opiniestukken en columns op bedenkelijke dan wel regelrecht verwoestende kanten van ruimtelijke projecten. Van Toorn is een echte waakhond van ons landschap. Voor zover je althans nog kunt spreken over ‘ons’. Want volgens de schrijver – eind vorig jaar in een lezing – is dat nu juist het probleem: economische krachten hebben op de leefomgeving zo veel greep gekregen, dat we het landschap niet meer ervaren als iets collectiefs, als de plek ‘waar wij wonen’. Van Toorn: ‘Met het gevoel dat het land, het landschap, van ons was, van alle burgers, is mijn generatie misschien wel als laatste opgegroeid.’

Een prikkelend geluid, vond de redactie. We gaan er daarom een jaar lang dieper op in, met een viertal beschouwingen. In dit nummer de eerste bijdrage, gesc…

Wij willen onze journalistiek zo open mogelijk houden omdat we onze liefde voor het Noorden graag met iedereen delen. Om deze onafhankelijke journalistiek mogelijk te maken, investeren wij veel tijd. Wij hebben lezers nodig om dit te kunnen blijven doen. Voor slechts €52,50 per jaar kun je ons steunen en krijg je vier keer per jaar ons tijdschrift opgestuurd.

Trefwoorden