De Verenigde Naties hebben 2012 uitgeroepen tot het Jaar van de Coöperatie. Veel grote Nederlandse bedrijven zijn ooit begonnen als kleine coöperatie. Coöperatieve bakkerij Ons Belang in Peize is klein gebleven.

Op woensdag is het altijd Brooddag bij de coöperatieve bakkerij Ons Belang in Peize. Dan kosten 3 tarwe, wit of weite samen 5 euro en 3 andere broden samen 6 euro. Dat tegen 6,30 tot wel 8,10 euro normaal. Dat scheelt. Dit is de dag dat de Peizenaren met volle broodtassen over straat gaan en de vriezers in Peize zich vullen met gesneden wit en bruin. Zo eet je de hele week lekker vers.

Vandaag is het donderdag – Koekdag. De kandijkoek is van 2,80 voor 2,50 euro. Het weekend komt eraan, je permitteert je even wat lekkers. Het mag.
Op Koekdag donderdag staat Wim Stroetinga om tien over acht ’s ochtends voor de bakkerij, aan de Hoofdstraat in Peize. De winkel gaat bijna open. Buiten is het donker en nat, de winkel baadt in helder bakkerslicht. Het gebak ligt te glimmen in de vitrines.
Stroetinga (65) is voorzitter van Ons Belang, de laatste coöperatieve bakker van het land. Sinds 1909 werken Peizenaren samen aan dagelijks vers brood op Peizer tafels. Ons Belang is het belang van broodeters in Peize, niet de portemonnee van de bakker.

We zitten in een piepklein kantoortje naast de winkel, een computer, een printer-fax, ordners. Koffie, een kakelvers sesambolletje met kaas. Als er een klant in de winkel komt, schelt een harde bel door de hele bakkerij. Je went eraan, zegt Stroetinga.
Zonder coöperatie had Peize geen eigen bakker meer gehad. Een commerciële bakker was allang gestopt of opgeslokt door een grote broodfabriek. Twee jaar terug was het bijna afgelopen met de bakkerij. De bedrijfsleider was met pensioen, er was geen geschikte opvolger. Er was geen bestuur meer, niks. Een aantal prominente Peizenaren kwam bijeen in café Ensing. Peize moest zijn bakker houden, zeiden ze.
De bakkerij ontstond in moeilijke tijden, meldt een schrijven uit 1984, over 75 jaar Ons Belang. Nu is het 2012, weer gaat het economisch slecht. Door samen te werken kunnen we er weer bovenop komen. De bakker heeft een belangrijke sociale functie in het dorp. Brood halen, een praatje maken. Het gewicht raden van een Drentse bol (1858 gram). Acht winnaars, blij met hun gewonnen Drentse bol.

Voorbij het kantoortje is de bakkerij. De bakkers, Jan en Harm, zijn vanaf het holst van de nacht bezig met brood bakken. Alles volgens een strak schema. Eerst groot brood, dan klein brood. Nu maken ze krentenbrood: Jan legt dikke happen krentendeeg op een plaat, Harm kneedt er een brood van, in vier, vijf seconden. Vakwerk.

De bel. Een klant. ‘Ik moet gebak hebben’, zegt hij. ‘Mokka, en boerenjongens.’ De klant staat met de handen op de knieën voor de vitrines. Verkoopster Ageeth wacht geduldig achter de toonbank. Buiten rijden Peizenaren voorbij in auto’s, op brommers en met paard en wagen.
Een van de bijzondere dingen van Ons Belang is dat de bakkerij nog altijd brood aan huis bezorgt, voor wie het niet zelf kan komen halen. Klanten in de buitendorpen vertrouwen op de komst van bezorger Jan van der Wal. Die laadt net zijn bestelwagen in. ‘Stiptheid is heel belangrijk’, zegt hij. Tussen de broden steekt hij nog een paar droge worsten, heel lekkere, van de slager in Peize.
Twintig jaar geleden liep Jan met de leesportefeuille. Ze vroegen hem of hij voor de bakker wilde rijden. Sindsdien brengt hij brood in plaats van leesvoer. Veel klanten zijn dezelfde gebleven. Jan ook.
We rijden naar Altena. Onderweg laat Jan een opschrijfboekje zien. ‘Suurd, 1 tarwe.’ ‘Wilkens, aan de Tichelwerk, 3 ongesn. wit.’ ‘Tolhuus is op vakantie. Twee weken Turkije.’ Niet verkeerd, zegt Jan.
Bij de familie Torensma in Altena drinkt Jan altijd koffie. In de woon-kamer hangt was te drogen. Spreuken aan de muur: ‘Moeder worden is een wonder, moeder zijn een heel gedonder.’
Bezorging aan huis is lekker makkelijk, zegt Henny, de vrouw des huizes. Ze kennen Jan, het is gezellig. Overmorgen gaan ze voor een week naar Denemarken, waar hun zoon woont. Het brood van Ons Belang gaat mee. Het Deense brood is niet lekker.

We drinken twee koppen koffie. Melk, suiker, roeren. Opdrinken. We gaan? ‘Nee’, zegt Jan. ‘We krijgen nog een kop koffie.’
In de bakkerij is het rustiger dan gisteren. Peize heeft brood in huis. Een paar losse klanten. Appelflappen, en een ons van die lekkere flikken, zegt een oudere heer. Daar komt onze Tonny aan, hij parkeert zijn dikke Mercedes voor de deur. Kees, in werkpak, op een fiets met bontzadel. Een halfje vandaag. Voor Reite een sesampje. Met de vrouw is alles goed.
Het loopt tegen de middag. Tegen deze tijd staat Jan van der Wal ergens langs de weg, op een rustig plekje, om zijn brood op te eten. Even alleen, een man en zijn brood. Het beste brood van Peize en omgeving. Sinds 1909.