Geertsema: ‘Ik kom uit Aduard en soms namen mijn ouders me een dagje mee naar Noordpolderzijl. Dan gingen we naar zee. Maar dat
was voor mij altijd een teleurstelling omdat je niet bij de zee kon komen.’ De student, die inmiddels als architect werkt bij Van Ringen Architecten, sloot aan bij een plan van het Groninger landschap om een nieuw binnendijks zilt gebied bij Deikum in te richten. Het is maar een kleine stap om daarnaast een zilt landbouwgebied in te richten met lamsoor, algen en wier – en een energiecentrale die de botsing van zout en zoet water benut. Aan de buitenkant van de dijk ontwierp Geertsema een badhuis met restaurant en panoramadak.
Langs de route van Pieterburen naar de zee tekende hij zes paviljoens met steeds dezelfde hoogte – de huidige Deltadijk. De paviljoens hebben een openbaar gedeelte en een bovenverdieping die te huur is voor een overnachting, een vergadering, of een romantisch onderonsje. Ze laten bezoekers ervaren hoe het land steeds verder van de zee kwam te liggen.
De eerste ‘aanlegplaats’ is bij een oude dijkdoorbraak, nu een kolk. Via een oude zeedijk (een slaperdijk) en een vogelkijkhut komen recreanten bij het aan zilte landbouw gewijde informatiepaviljoen. Bij het badhuis annex restaurant aan de Deltadijk stromen zout en zoet water zichtbaar onder de dijk door. Ver op de kwelder, achter de landaanwinningen bij de waterlijn komt het zesde paviljoen. Echt aan zee dus.
Het Groningse land weer verbinden met de zee. Klaas Jan Geertsema (1985) zocht voor zijn afstudeeropdracht bij de Academie voor Bouwkunst Groningen naar een kans om dat te doen. Zijn plan werd gekozen tot het beste van Geertsema’s jaar en het dingt in februari mee naar de Archiprix 2014. Geertsema brengt Pieterburen aan Zee tot leven met een fraaie combinatie van recreatiepaviljoens, zilte landbouw en nieuwe natuur. Een afstudeeropdracht vol inspirerende verbeelding.