Vanaf 1818 werd de woeste grond omgeturnd tot een rechtlijnig door de mens te gebruiken landschap. De Maatschappij van Weldadigheid organiseerde deze ontginning. Harry Cock laat u meekijken.

In de Koloniën van Weldadigheid werd vanaf 1818 op grote schaal woeste grond ontgonnen door  armen en andere maatschappelijk ongewensten. In het landschap zijn de tekenen van disciplinering en tuchtiging terug te zien. De ruimtelijke structuur van de koloniën was volledig toegesneden op de organisatorische opzet van de Maatschappij van Weldadigheid en de heropvoeding die daarbij hoorde.

De ontginning gebeurde volgens een rationeel patroon van wegen, sloten en vaarten. De rechtlijnige opzet werd nog eens visueel onderstreept door het planten van bomen langs de kaarsrechte wegen. Zo ontstond een orthogonaal stelsel dat zo kenmerkend is voor de koloniën.

In de loop der jaren zijn de landschappen elk verder geëvolueerd en aangepast aan de voortschrijdende inzichten van armen…