Het was onze verre voorvaderen al snel duidelijk: in je eentje houd je de Lage Landen niet droog. De strijd tegen het water dwong hen samen te werken en zo ontstonden de eerste vormen van wat we nu waterschappen noemen. Daarmee is het waterschap één van de oudste organisaties van ons staatsbestel.

‘Waar heb je een organisatie voor nodig?’ Dat is de tegenvraag die archivaris van waterschap Noorderzijlvest Bertus Hempenius stelt wanneer hem gevraagd wordt naar de geschiedenis van de waterschappen. Veel nagelaten papieren helpen overigens niet die geschiedenis te achterhalen. Zeker uit de beginperiode, rond 1200-1300, zijn weinig gegevens bekend. Slechts enkele afschriften van stukken uit oorkondeboeken hebben de tand des tijds overleefd. Maar om terug te komen op de vraag: een organisatie was nodig om te voorkomen dat het land last had van water, zowel zeewater als binnenlands water.
‘En wie waren belanghebbenden?’ doceert Hempenius. ‘Juist, de kloosters. Die hadden op verschillende wijzen met water te maken. Niet alleen moesten kloosterboeren kunnen bestaan, ook moest een klooste…