De eens zo glorieuze wijken Angelso, Bargeres en Emmerhout in Emmen zijn aan herstructurering toe. Andere tijden vragen andere voorzieningen. De bewoners van nu zijn niet meer te vergelijken met die van toen. Emmen Revisited houdt zich bezig met de aanpak van de drie naoorlogse wijken. Niet alleen stedenbouwkundig, maar ook sociaal. Want uiteindelijk zijn het de bewoners die een wijk leefbaar maken. En houden.

In drommen kwamen ze erop af, architecten, stedenbouwkundigen en wie verder maar interesse had. De naoorlogse wijken Emmerhout, Angelslo en Bargeres in Emmen trokken (inter)nationaal veel aandacht en worden nu nog tot stedenbouwkundig erfgoed gerekend. De woonerven, de verspringende gevels, de relatief dunne bebouwingsdichtheid, het vele groen in de wijken: destijds allemaal zeer opmerkelijke zaken.
Nu mogen de wijken op een heel andere van vorm aandacht rekenen. Sommige delen gaan op de schop, huurwoningen worden koopwoningen, huizen worden gesloopt. De herstructurering is echter niet een zaak van louter fysieke beslissingen. Zeer bewust is gekozen voor een combinatie van beheer, herhuisvesting en aandacht voor sociale problemen. Iedere wijk heeft daarom een wijkteam, bestaande uit een opbouwwerker, een wijkcoördinator en een vertegenwoordiger van de woningcorporaties en een afgevaardigde van de wijkvereniging. Daarnaast is er per wijk een platform ingesteld, waarin vertegenwoordigers van organisaties uit de wijk zitten, zoals verenigingen en scholen. Bij uitstek dus diegenen die weten wat er speelt in de wijk en een gefundeerd oordeel kunnen vellen. Bewoners worden van het begin af aan betrokken bij veranderingen in de wijk. Geen kwestie dus van een enkele inspraakavond wanneer de plannen al in een vergevorderd stadium zijn. Ook deelplannen worden voorgelegd aan de betrokkenen, die hun oordeel mogen geven. Daar gaat veel tijd in zitten, maar het is de verhoogde kwaliteit van de plannen wel waard. En wat vooral belangrijk is: de bewoners herkennen zich in de uiteindelijke resultaten.

Sociale brandhaarden

In de wijk Emmerhout gaat er veel veranderen. Zo zijn de basisscholen nu verspreid over vijf locaties. Momenteel wordt onderzocht wat de mogelijkheden zijn voor de drie openbare basisscholen en de bijzonder scholen om samen te werken in een gezamenlijke huisvesting, die gekoppeld wordt aan kinderopvang en andere faciliteiten.
Het winkelcentrum: ook een probleem. Het loopt dwars onder twee wegen door, het is er koud en tochtig en de winkels draaien slecht. Tel daarbij op dat ook het sociaal-cultureel centrum niet voldoet en de sportvoorziening niet naar behoren functioneert, en de conclusie ligt voor de hand. Daarbij veranderen behoeften van bewoners. Over tien, vijftien jaar bijvoorbeeld vertaalt de babyboom van na de oorlog zich in een grote vraag naar seniorenwoningen.
Een schets van de bewoners van de Emmerhout-Noord maakt veel duidelijk: ze zijn gemiddeld laag opgeleid, veelal werkloos, en kampen met problemen als taalachterstand, drugs- en/of alcoholverslaving en schulden. Een behoorlijk probleemgebied dus, maar vooral sociaal van aard.
Vertegenwoordigers van de woningcorporaties Wooncom, Interpares en de gemeente bundelden zich in projectbureau Emmen Revisited. Zij houden zich bezig met de herstructurering van de wijk, maar zien de bewoners daarbij als uitgangspunt.

Sloop

Tekenend voor de gang van zaken is het proces rondom de sloop van driehonderd portiekwoningen in Emmerhout-Noord, de Apolloflats. Die moeten plaatsmaken voor seniorenappartementen en koopwoningen. Geen enkele bewoner tekende bezwaar aan, een bijzonder resultaat waar Emmen Revisited trots op is. Ze zien het als de vrucht van hun inzet. Vooraf was met 245 van de 255 huishoudens gesproken. De helft reageerde op een uitnodiging voor een gesprek in het wijkcentrum, een deel maakte gebruik van de mogelijkheid van huisbezoek, en met de rest, voornamelijk allochtonen, werd persoonlijk een afspraak gemaakt. Op grond van de achternaam werd de herkomst ingeschat. Het team Allochtone Intermediairen van Opmaat zorgde voor een contactpersoon die de taal van de bewoner sprak. Uiteindelijk werd met 95% van de bewoners gesproken.
Driekwart van de bewoners trok naar een ander huis in dezelfde wijk Emmerhout. De rest trok naar andere wijken in Emmen of verhuisde naar elders in Nederland. Maar daarmee hield de zorg van Emmen Revisited niet op. Zoals projectleider Cees van de Grift zegt: ‘We zijn pas klaar als de bewoners zich weer thuis voelen op een andere plek. Minimaal zes maanden na de verhuizing komen we bij de mensen langs, vragen we of ze het naar hun zin hebben. Als dat niet het geval is, kijken we wat we daaraan kunnen doen.’
De angst voor verplaatsing van sociale brandhaarden bleek niet geheel ongegrond. Nu al komen meldingen van overlast uit andere delen van de wijk. Toch heeft het probleem zich verdund. De wijkagent en opbouwmedewerker bemiddelen tussen bewoners, stimuleren hen zelf oplossingen te zoeken. De mensen die overlast veroorzaken worden er ook persoonlijk op aangesproken. Het in het sloopgebied nieuw opgezette buurtkantoor blijkt laagdrempelig te zijn als het gaat om klachten. Een gedumpte koelkast, een kapotte lantaarnpaal, overlast door drugshandel: bewoners kunnen het allemaal melden bij het buurtkantoor. Twee buurtbeheerders, zelf uit de wijk, noteren de klachten. Ook de Wooncom houdt wekelijks spreekuur in het buurtkantoor, evenals medewerkers van de Sociale Dienst.

Sociale infrastructuur

In die delen van de wijken waar gesloopt wordt, functioneert een sociaal plan op drie fronten: Beheer, Herhuisvesting, en Hulp en Activering. Doelstelling van dit laatste: iedere bewoner met een uitkering moet uiteindelijk een verbetering in zijn sociaal-economische positie hebben bereikt. Concreet betekent het dat de Sociale Dienst gesprekken voert en samen met de bewoner trajecten opstelt die moeten leiden tot weer aan het werk gaan. Vaak is het nodig dat eerst een schuldsaneringtraject in gang wordt gezet, of iemand drie keer per week boodschappen gaat doen in het kader van sociale activering. Van de Grift: ‘Het moet ermee eindigen dat ze van de uitkering af komen en aan het werk gaan.’ Tot nu toe levert de aanpak verbazingwekkende resultaten op. In de afgelopen tien maanden zijn bijna vijftig bewoners aan het werk gegaan. Van de Grift heeft er wel een verklaring voor: ‘Een verplichte verhuizing is toch al een verandering. Dan kan er ook nog wel wat bij, net of mensen er meer open voor staan hun hele leven aan te pakken. Dus weer aan het werk gaan, zich laten omscholen of beter met hun gezondheid omgaan.’
De toekomstige sociale infrastructuur in het nieuw te bouwen deel van de wijk is erg belangrijk. Potentiële kopers kiezen hiervoor wanneer ze een huis in de wijk op het oog hebben. ‘Er komt een website voor bewoners. Daar kunnen ze bijvoorbeeld zien welke klachten de buurman had bij de oplevering van zijn huis. Maar ook bieden jongeren zich alvast aan als oppas.’

Sloopfeest

Straks worden huizen aan de Dilgt gesloopt. Voor veel mensen betekent dat veel meer dan wat muren omver trekken. ‘Veel Emmenaren hebben hier gewoond, hadden hier hun eerste woning. Met een soort “sloopfeest” willen we een manier zoeken om emoties te verzamelen die daarbij vrijkomen. Hier ligt een stuk geschiedenis van Emmen. We willen mensen de gelegenheid geven daar wat mee te doen.’ Eigenlijk geldt dit voor alles wat Emmen Revisited onder handen neemt: de emotionele laag onder rationele overwegingen en beslissingen zichtbaar maken. Een eerste concrete activiteit is het wijktheater Emmen Revisited. Een scenarioschrijver heeft met vijftig bewoners gesprekken gevoerd over hun emoties bij verplichte verhuizing en sloop maar ook over de gewone dagelijkse gebeurtenissen in de wijk. Naar aanleiding daarvan heeft hij een toneelstuk geschreven, dat gespeeld gaat worden door bewoners uit de wijken. Letterlijk een podium voor emoties dus. ‘Bewoners zien hun eigen emoties als in een spiegel terug in het stuk. Maar op deze manier kunnen ook beleidsmakers in een spiegel kijken. Onder ieder rationele overweging of beslissing zit een diepe emotionele laag. Daar kun je niet omheen.’

Trefwoorden