Boer Klaas Makken (1926) laat zich niet gauw van de wijs brengen. Met de oprukkende stad Groningen in het vizier, boert hij rustig door op z’n boerderijtje in Eelderwolde. Zijn leven wordt bepaald door het weer, de seizoenen en z’n dieren. Twee stuks jongvee heeft hij nog: Fedor en Veline, rood-witte blaarkoppen. Eerst moeten de koeien gevoerd, dan pas eet de boer. Zo doet hij dat al ruim zeventig jaar.

Oud-journalist Simon Wijma schreef een boek over Makken. Hij volgt hem al enkele jaren, gefascineerd als hij is door het geheel eigen universum van de boer. Wat niet wil zeggen dat Makken niet van deze tijd is. Hij weet precies hoe de grasoogst in Denemarken uitvalt, want hij leest z’n vakbladen. Bovendien is z’n geheugen fenomenaal. Hij weet de namen van alle koeien nog die hij ooit heeft gehad.
Melken doet hij sinds oktober 2006 niet meer. Na een beroerte moest het laatste melkvee weg. Een droevig moment: ‘Op 20 oktober 2006 werden in Eelderwolde voor het laatst koeien gemolken’, zegt hij zelf wat plechtig. Van de elf bunder land die hij ooit had, heeft hij nog twee kleine stukjes over, vlak naast het natuurgebied Elsburger Onland. Met z’n oude trekker – een Belarus – zorgt hij ervoor…

Trefwoorden