In de kassen van Noordwest-Friesland groeien de duurzame tomaten van Marco van Overbeek. De jonge teler zoekt naar nieuwe manieren om de toekomst van de tomatenteelt veilig te stellen.

Uitgestrekte rijen glazen kassen… Deze bestemming ligt mijlenver buiten onze comfortzone. In deze reeks gaat het doorgaans over producenten die met hun tuinen en dieren waarde toevoegen aan het landschap. Nu heeft de hoofdredactie ons opgedragen op zoek te gaan naar goed industrieel voedsel. En zo belanden wij bij een van de hofleveranciers van de grootste supermarkt van het land: cherrytomatenteler Marco van Overbeek in Beetgum. Afkomstig uit een Westlands tuindersgeslacht, met een grootvader die gewassen teelde in de volle grond en een vader die eerst de overstap naar Friesland maakte en daarna koos voor de exclusieve cherrytomatenteelt. Op zijn 25e werkt Marco nu een jaar mee in het bedrijf. Onlangs werd hij genomineerd voor de titel ‘meest duurzame jonge ondernemer van Friesland’.

Door de lange, groene gangen zoemen vriendelijke, dikke hommels, die wonen in gele dozen onder de planten en zorg dragen voor de bestuiving. Zo goed mogelijk, zo efficiënt mogelijk – zo leidde zijn vader het bedrijf al. Buisjes onder de planten voeden de planten met de CO2 die vrijkomt bij het warmstoken van de kassen. Het bedrijf filtert en hergebruikt al het water. Op sociaal gebied maakt het ruimte voor vijftigplussers en medewerkers met een arbeidshandicap.

Van Overbeek junior zoekt de toekomst in verduurzaming. Zo heeft hij een kas bestemd voor experimenten met teelt in organisch substraat in plaats van in de gangbare steenwol. Met hulp van goede schimmels, sporenelementen en natuurlijke vijanden van ongewenste insecten, hoopt hij hier gifvrij te kunnen telen. De resultaten lijken gunstig: teelt in herbruikbare bakken met kokosaarde brengt meer op dan teelt in de steenwol-kas.

Gifvrij – ‘chemievrij’ in telerstaal – is al dichtbij. ‘Als de omstandigheden goed zijn, is onze gangbare teelt nu ook al gifvrij, alleen moet je soms een plaag of ziekte aanpakken. De Nederlandse tuinbouw is met al zijn innovatie en efficiency echt veruit de schoonste ter wereld.’ Van Overbeek zegt het met overholen trots. En hij kan het weten, want voor hij besloot verder te gaan in zijn vaders bedrijf, reisde hij langs kwekers in Spanje, Scandinavië en China. In China is hij nog steeds enkele maanden per jaar. ‘Ook daar is de wil wel om te veranderen, om duurzamer te werken. Maar gif is gewoon veel te gemakkelijk. In andere landen gebruiken ze meer dan tien keer zoveel gif als hier. Elke batch is hier te traceren, wij zijn zo ver voorop op het gebied van voedselveiligheid. Ik geloof dat we wereldwijd voorop kunnen blijven lopen door verduurzaming: schoner en efficiënter, want het verschil wordt steeds kleiner. Mijn grootouders hadden een paar kasjes van een paar honderd meter, maar ze hadden het goed. Als ik zie hoe wij steeds groter moeten en keihard werken met veel stress om aan het eind van het jaar een paar centen over te houden…’ De Van Overbeeks telen al dertig jaar voor Albert Heijn, waardoor hun afzet verzekerd is en ze nooit een tomaat hoeven door te draaien.

Als wij vragen waar Van Overbeek groei voorziet, moet hij lachen: ‘In China!’ Maar serieuze plannen daar heeft hij niet. Uitbreiden met belichte teelt, dat is het plan, om meer productie over een langere periode door het jaar te halen. Want nu valt in de winter de afzet een tijdje terug. Niet omdat de consument in de winter minder tomaten eet – wat ons de logische verklaring leek – maar omdat de supermarkt dan zijn tomaatjes voordeliger uit Spanje en Marokko haalt.


Belichte teelt  – dat is die oranje gloed die wij in de polder zien opdoemen, als wij huiswaarts keren in het donker. En dat is weer de consequentie van tomaatjes eten in februari – uiteindelijk doen we het allemaal zelf. Maar in de tuinbouwgebieden van Noordwest-Friesland moeten de gordijnen steeds meer dicht. ‘Wij moeten 85 procent van het licht binnenhouden en dat wordt uiteindelijk 99 procent, wij doen nu al meer dan volgens de regels hier moet. De regels zijn overal verschillend: in het Westland hoeven ze helemaal niet te verduisteren. Al die schermen moet ik wel terugverdienen. Hetzelfde geldt voor de waterzuiveringsplicht en het filtersysteem dat we nu daarvoor moeten aanschaffen. En ondertussen draait het ook nog gewoon om de tomaat.’ Want de supermarktwereld is keihard: ‘Smaak en diversiteit moeten elk jaar beter.’

Rasjes

Sinds enkele jaren biedt de supermarkt niet alleen de keus uit snoep-, snack-, pruim-, cocktail- en smaaktomaten. Meer en meer prijst hij tomaten aan met hun ras: van de Tasty Tom tot de Red Pearl en de Rivolo. Trends in tomatenland komen uit de koker van de veredelaar en van de supermarkt, de teler teelt gewoon. ‘De supermarkt schakelt helemaal om naar cherry’s voor de actie aan de ene kant en exclusieve smaak aan de andere kant’, zegt Marco van Overbeek. ‘Wij telen beide en moeten daarin mee, waardoor wij nu een tomaat telen die minder smaakvol is dan wij zouden willen. Alle rasjes die wij telen komen van veredelaars als Syngenta en RijkZwaan.’

Suikers, zuren en houdbaarheid, daar draait het om in de tomaat. Niet meer om de lycopenen, mineralen, anti-oxidanten en andere stofjes die de tomaat zo gezond maken, maar die door veredeling en steenwolteelt steeds meer teruglopen. ‘Dat is echt een niche die daarop let, voor ons is dat niet interessant’, aldus Van Overbeek.

Door de lange groene gangen neemt hij ons mee langs steeds andere tomatensoorten. Hoog tot aan het glazen dak hangen de stoplichtkleurige trossen. Langs de Rivolo, het dieprode snoepje van de week van enkele jaren geleden. ‘Wij zijn afhankelijk van de supermarkt voor de promotie. Die moet er alles aan doen om hem te promoten en exclusief te houden, en dat ontbreekt er soms aan. Zo ligt deze tomaat nu overal.’

Door naar de Nebula – een wat grotere cherrytomaat. Die kleurt niet zo dieprood als de Rivolo in de rij ernaast, maar de smaak is ongelooflijk. Net zo lekker als de eerste rijpe tomaat die oma speciaal voor u van de plant plukte in haar moestuin. Ga maar proeven en vergeet niet: u las het hier eerst.

Lees hier de zoektocht van Freya Zandstra naar goed en met liefde gemaakte massaproductie.

In deze rubriek maken Dorine van den Beukel en Freya Zandstra culinaire expedities. Ze gaan in tien delen op zoek naar vernieuwende, duurzame voedselproducten. Marieke Kijk in de Vegte maakt de foto’s.