Dat we ons in een systeem bevinden dat niet meer werkt, is al vaak duidelijk geworden. Bieden we wel genoeg weerstand, vraagt Merel Melief zich af.

‘Hoe voelt het om slachtoffer te zijn van een falend systeem?’ zegt de stem van presentator Patrick Lodiers in mijn oor. Het is 24 februari en ik luister naar de conclusies van de parlementaire enquête op radio 1. Ik merk dat het moeite kost om me te concentreren op de verhalen die volgen en de rest van de week blijft de vraag in mijn hoofd oppoppen, alsof Lodiers hem af en toe persoonlijk in mijn oor komt fluisteren.

Het voelt soms surrealistisch dat de filosofische gesprekken die ik in mijn studententijd had nu onderdeel zijn van het dagelijkse debat. In de tweede kamer hebben ze semantische discussies (over de betekenis die we aan woorden geven). Op de radio hebben we het met Groningers over falende systemen. Veel dingen waar je op papier een praktische oplossing voor zou verwachten – zoals het feit dat je een huis wilt dat veilig overeind staat – lijken allemaal naar fundamentele ‘systeem’ vragen te leiden

Tijdens het drinken van een biertje is het prima gespreksstof om gesterkt door denkers als Foucault, Marx en Adorno het hele systeem te fileren. Ik kan zelfs zeggen dat ik mijn liefde deels te danken heb aan de semantische discussies die we samen konden voeren over de betekenis van bijvoorbeel het woord relatie. Maar in de supermarkt kun je nog zoveel kritiek hebben op het kapitalisme, je zal toch moeten betalen. 

Dat we ons in een falend systeem bevinden, dat een steeds kleinere groep rijker en machtiger maakt en een steeds grotere groep in de kou laat staan, is al vaak geconcludeerd. Als je aan een AI-chatbot zou vragen een leider voor dit systeem te bedenken zou het antwoord vast en zeker ‘Rutte’ zijn. Voor het voortzetten van dit systeem heb je geen slecht persoon nodig, alleen iemand die geen weerstand biedt. 

Misschien ook dat daarom Lodiers mij in mijn oor blijft fluisteren. Want als ik heel eerlijk ben, ervaar ik ook hoe comfortabel het systeem kan zijn als het kwartje wel de goede kant op valt. Ik kocht net op tijd een huis, en verkocht het weer precies op het goede moment. Ik woon niet in een onveilig huis maar kreeg toch vijfduizend euro vergoed vanwege een aantal scheuren. 

Het is niet heel moeilijk om te wijzen naar het systeem dat niet meer werkt, zeker als dat aan alle kanten duidelijk wordt. En als je een jonge student bent gun ik het je ook van harte. Maar misschien is de moeilijke vraag wel een die we onszelf moeten stellen: bied ik wel genoeg weerstand?

In deze wekelijkse wisselcolumn schrijven Nb-redactieleden ombeurten over wat hen bezighoudt in en om het Noorden.