Als je het weet, dan zie je het. Dat geldt voor de meeste dingen in het leven, maar zeker ook als je op de snelweg rijdt.
Nooit heb ik het doorgehad, totdat ik een gepensioneerde landschapsarchitect sprak, Nic Zuurdeeg. Hij had jaren bij Staatsbosbeheer gewerkt en het ene ontwerp na het andere getekend en gerealiseerd. Wegen, bochten, opritten, afritten en knooppunten: we kunnen gerust spreken van een rijkswegenlandschap waarin elk detail is ontworpen.
Nic legde het mij uit: het ging om de beleving van het landschap vanaf de snelweg. Het contact. De rijkswegen werden óver de regionale en lokale wegen gelegd, zodat de autorijder bij het passeren van elk viaduct iets boven de omgeving uitstak. De viaducten fungeerden zoals korte uitkijkpunten, met panoramische uitzichten over het landschap als onverwachte cadeautjes. Daar hield het ontwerp niet op. In buitenbochten plantte men stevige groenstructuren, wel drie of vier rijen bomen. Soms werkten ze als een groene poort van een besloten naar een weids landschap. Niet alleen maakten de delen van percelen die door de doorsnijding van de weg over bleven (de overhoeken) verschillende landschapstypen leesbaar, ze kregen nóg een nieuwe functie. De stevige overhoekbeplanting begeleidde de blik van de chauffeur door de bocht. Zo werd de autorijder op een natuurlijke manier gestuurd.
Deze manier van ontwerpen stamt uit een tijd dat bermtoerisme nog bestond. Je zette de auto stil langs de weg, klapte je stoeltje uit, schonk wat koffie in, sloeg de krant open en genoot ondertussen van het zicht op de snelweg en omgeving. Inmiddels is dat ondenkbaar, zeker op onze rijkswegen. Het is niet alleen levensgevaarlijk en verstikkend door de vele uitlaatgassen, maar je kijkt ook nog eens tegen een geluidsscherm op. Voor het uitzicht hoef je het dus ook niet te doen.
Is dat niet jammer? Verliezen we met de geluidsschermen en de vele bedrijven op de zichtlocaties ons contact met het landschap? Van de weg van Alkmaar naar Groningen word ik gelukkiger dan de weg van Alkmaar naar Utrecht. Ook als het op beide routes even druk is. We zien dat één geluidsscherm leidt tot een volgende en dat de reeks aan bedrijven op (geen ge-)zichtlocaties steeds eindelozer wordt. Tot de afstand tussen de afritten is gevuld en er geen greintje groen meer is behalve in de ontworpen tuin van de afritbocht.
Laten we de ontwerptraditie van onze wegen afstoffen en in ere herstellen voordat dit doembeeld overal werkelijkheid wordt. Geluidsscherm, zonnepanelen of bedrijventerreinen langs de weg? De aanleg van een nieuwe rijbaan, brug of viaduct? Alleen met inschakeling van stevige ontwerpkracht én met oog voor het landschap, kan de overhoekbeplanting onze blik blijven leiden naar de juiste richting.