Er is inmiddels sprake van een ware trend in het cafélandschap: kattencafés duiken sinds twee jaar in bijna alle provincies van Nederland op. Amsterdam had de primeur, vervolgens doken er twee cafés met een soortgelijk concept op in Groningen. Wat zijn kattencafés, waar komt het idee vandaan en waar kunt u zelf een kijkje nemen? Noorderbreedte ging voor u op onderzoek uit en ging op bezoek bij twee verschillende kattencafés in de stad Groningen.

Kattenliefhebbers die zelf geen poes of kat kunnen houden, maar ook zij die thuis ook gewoon eentje hebben rondlopen, allemaal kunnen ze hier terecht. De liefhebbers komen samen in de fonkelnieuwe cafés die sinds een paar jaar als paddenstoelen uit de grond lijken te schieten.

De opkomst van de kattencafés

Het liep twintig jaar geleden nog niet zo’n vaart met ’s werelds eerste kattencafé in Taipei (Cat Flower Garden). Tot plotseling de populariteit van het concept explosief groeide in 2005 met de opening van de eerste kattencafés in Japan. Het succes werd toegeschreven aan het beleid in Japanse huurappartementen waar vaak geen huisdieren toegestaan worden. Alleen in gezinsflats wordt het soms toegelaten. Zo kwam het dat deze nieuwe kattencafés volzaten met jonge, alleenstaande werkende 20-ers en 30-ers. Thuis geen huisdieren, maar wel verlangen naar het comfort en de affectie van een dier.

Twee jaar geleden, ruim tien jaar na de eerste Japanse kattencafés en twintig jaar na de opening van het allereerste kattencafé ter wereld is het concept overgewaaid naar Europa en Amerika. In de grote steden zoals Berlijn, Parijs, Turijn en Londen maar ook verspreid door heel Nederland hebben inmiddels meerdere kattencafés hun deuren kunnen openen.

In het Noorden des lands zijn drie cafés met katten te vinden, twee daarvan in de stad Groningen (Poeslief en Op z’n kop) en een in Leeuwarden (PoesPas). Ook op elf andere locaties in Nederland kan genoten worden van een kopje koffie of thee en wat poezenaandacht, daarnaast zijn er op dit moment twee cafés in de opstartfase.

Koffie en katten

Wat kunnen bezoekers van een kattencafé eigenlijk verwachten? ‘Het café is leuk voor mensen en katten’ legt Laura de Vries uit, ze is samen met Karin Kwant eigenaar van Poeslief aan de Nieuweweg in Groningen. Cafébezoekers kunnen plaatsnemen in de – als huiskamer ingerichte – ruimte achterin het gebouw. Daar kunnen de kattenliefhebbers gezellig zitten, een drankje drinken en een van de vegetarische of veganistische gerechten van de kaart bestellen.

De afgesloten portiek bij de ingang van Poeslief dient als een sluis, zodat de poezen niet zomaar de straat op gaan. Daar bevindt zich ook de bar en het winkeltje met katten-merchandise (truien, posters en allerhande hebbedingetjes). Ook in de andere kattencafés in Nederland gaan de katten gewoonlijk niet naar buiten, tenzij er een kattenren (een soort afgeschermde tuin) aanwezig is.

De poeslieve bewoners van het kattencafé zijn een zevental katten. ‘Misschien adopteren we in het voorjaar een aantal kittens’ kondigt Karin aan ‘er kunnen er nog wel wat bij hier’. Poeslief begon met vijf oudere geadopteerde katten van een opvang uit de provincie, maar al gauw merkten Laura en Karin dat deze dieren niet zo flexibel waren. De katten wilden graag naar buiten of vonden het te druk in het café – deze katten zijn naar familieleden en bekenden van het ondernemersduo gegaan. ‘Onze oudste kat is nu vijf jaar en dat gaat een stuk beter’ stelt Karin vast ‘deze jongere katten hebben geen sterke neiging om naar buiten te gaan omdat ze daar niet aan gewend zijn’.

Bij het andere café in de stad Op z’n kop, in de Oude Ebbingestraat, staat Hielkje Wester als onderneemster aan het roer. ‘Ik heb wel eens gehad dat iemand een sterke mening had over het niet naar buiten gaan van de katten’. Maar de katten hoeven volgens haar niet per definitie naar buiten. Bij het uitkiezen van de cafékatten heeft ze wel rekening gehouden met de wensen en mogelijkheden van de dieren, ze zijn bijna allemaal binnen opgegroeid. ‘Het idee van mensen is dat ze buiten kunnen spelen en vrij rondlopen, maar we kunnen hier binnen ook ruim in die behoefte voorzien – en in het asiel wonen nu 10 katten minder’.

Gefinancierd door het publiek

De meeste Nederlandse kattencafés zijn tot stand gekomen via crowdfunding, hierbij start de aspirant ondernemer een zogenoemde campagne op waarmee een startkapitaal, hulp en materiaal gevraagd wordt aan een ieder die iets wil bijdragen. Vaak stellen de initiatiefnemers van de crowdfunding een bedankje tegenover het gedoneerde bedrag of de geboden hulp. In het geval van de kattencafés waren dit vaak bekers met een logo, linnentasjes met kattenafbeeldingen, high-tea’s of lunches in de later gerealiseerde cafés.

Laura en Karin vertellen dat ze veel media-aandacht kregen bij de start van hun crowdfunding ‘als we erop terugkijken was het wel een hele hectische periode, vol met bedrijfsplannen schrijven en omgaan met alle reacties die je krijgt’ vult Karin aan. Daarnaast wonnen de ondernemers van Poeslief een pitch op het festival Let’s Gro en kregen ze een bedrag van de gemeente, dat zette druk achter het snel opstarten van hun eigen kattencafé – ze gingen op zoek naar een geschikt pand en vonden een mooi plekje aan de Nieuweweg 14.

Via het Voor je Buurt-platform zijn er inmiddels twaalf crowdfunding-campagnes succesvol afgerond voor kattencafés door heel Nederland. Zij bieden een wervingswebsite, administratie en begeleiding aan de ondernemers. Er zijn ook aantal campagnes mislukt, er werd te weinig geld binnengehaald om het vooraf gestelde doel te behalen. Bij een niet behaald doel ontvangen de donateurs hun inleg weer terug. Kattencafé Kopjes in Amsterdam was het eerste kattencafé in Nederland en verwierf € 32.715 aan startkapitaal. Poeslief  ontving € 10.055 (van 204 mensen) en won een pitch bij het festival Let’s Gro en kon toen al gauw op zoek naar een geschikt pand. Op z’n kop ontving € 20.008 (van 339 mensen). De publieksfinanciering is niet makkelijk te verkrijgen zegt Hielkje: ‘het gaat niet vanzelf, je moet er keihard voor werken om de doelstelling te behalen’.

Dierencafés

Na de grote groei in kattencafés, verspreid over de wereld, is er in Japan ondertussen een nieuwe trend opgestaan. Naast de vele gezellige gelegenheden vol met katten bestaan zijn er nu ook cafés vol met uilen, konijnen, honden, papagaaien, schapen, alpaca’s en reptielen – niets lijkt onmogelijk.

Een hondencafé in Groningen leek Marijke Haaksema wel wat, vorig jaar startte ze de crowdfunding met het plan om eind 2017 te openen. Nu, een paar maanden later, valt er op haar site te lezen dat er te weinig geld is binnengehaald voor de realisatie van het hondencafé dat de naam Kwispel zou gaan dragen. Daarnaast speelden een aantal andere praktische overwegingen een rol.

Karin (Poeslief) denkt dat een kattencafé makkelijker is: ‘al die sterke hondenkarakters samen in een ruimte’ dat ziet ze nog niet zo voor zich. Marijke won advies in bij Poeslief ‘ze vond het wel lastig dat ze alles in haar eentje moest doen, wij [red: Karin en Laura] hebben het voordeel dat we alles met elkaar kunnen delen’. Karin vermoedt dat een hondencafé er nog wel gaat komen, Laura stelt dat Nederland misschien wel te nuchter is voor al die andere soorten dierencafés waar slangen en konijnen een hoofdrol spelen.

Hielkje (Op z’n kop) denkt dat er een aantal praktische hindernissen te nemen zijn bij een hondencafé ‘zoals de modderpoten van een hond die op de bank springt’. Daarnaast hoort ze van bezoekers dat ze de sereniteit in haar café zo prettig vinden: ‘honden zijn actief en katten zijn relaxt. Honden matchen niet zo met het idee van gezellig een kopje thee drinken’. Toch waren er wel veel mensen enthousiast over het idee van een hondencafé, zegt ook Hielkje: ‘ik was wel benieuwd over hoe ze dat zou gaan doen’.

Huiskamers en speelkamers

Naast de diversiteit in diersoorten van dierencafés is er ook een onderling verschil tussen de kattencafés. Zo zijn er cafés waar de adoptie van de poezelige cafébewoners mogelijk is. Er zijn daar altijd katten aanwezig maar de groep is wisselend doordat ze geadopteerd kunnen worden door bezoekers. Prettiger voor de katten is een café waar de groep bij elkaar blijft, Hielkje legt uit: ‘de katten van Op z’n kop kenden elkaar al voordat ze hier kwamen wonen, zo was het voor die katten niet én een nieuw huis én nieuwe huisgenoten’.

Ook bestaat er een verschil in inrichting van de cafés, je hebt kattencafés die ingericht zijn als huiskamer met een aparte keuken waar geen katten mogen komen. Bezoekers kunnen hun consumptie nuttigen in het café waar ook de katten rondlopen. In deze huiskamercafés kunnen mens en dier ontspannen en staat de activiteit mét de kat niet voorop. Bij kattencafé Poeslief kunnen katten zelf beslissen of ze zin hebben in contact met mensen, zo is er een trap naar boven ‘de privéruimte van de katten’. Veel andere cafés hebben ook zulke rust-en afzonderingsmogelijkheden voor de dieren.

Er zijn ook cafés die bestaan uit een grote speelruimte, ingericht voor katten en waar je als cafébezoeker naar binnen kunt om even met de katten te spelen (zo staat er geen meubilair voor mensen). Als een café zo ingericht is gaan mensen zich ook ernaar gedragen: de verwachtingen van mensen ten opzichte van behoeften van katten staan dan meer voorop.

Hielkje (van Op z’n kop) legt uit dat ze in haar café juist graag de rust wil benadrukken, als een kat zin heeft om te spelen dan vraagt die daar zelf wel om. ‘Mensen denken misschien dat ze de hele tijd met katten kunnen spelen bij ons, maar zo werkt dat niet bij katten – sommige katten willen maar 10 minuten op een dag spelen’. De inrichting van het café is dan ook aangepast aan het leven en de behoeften van de kat, door het café een huiselijke inrichting te geven worden mensen gestimuleerd om gezellig te zitten (en niet steeds rond te lopen) – dan komen de katten vanzelf wel naar je toe.

In het Noorden van Nederland vindt u de volgende kattencafés:

Poeslief: Nieuweweg 14, Groningen (meer info)

Op z’n Kop: Oude Ebbingestraat 57, Groningen (meer info)

Poespas: Noordvliet 11, Leeuwarden (meer info)

Lees meer over kattencafé Op z’n Kop in het artikel: Geen kroegtijgers maar cafépoezen