Volgens Tim Willems-Kruize brengt kunst in de publieke ruimte een stad tot leven. Tijdens een hardloopronde door Assen ontdekt hij hoe kunst verhalen zichtbaar maakt—van een houten reuzenhond tot een verdwenen landhuis.
Naar aanleiding van mijn oproep voor ‘ruimterenners’ belandde ik deze keer in Assen. Samen met Nynke Scheeper, werkzaam bij de gemeente als adviseur erfgoed, heb ik daar een heerlijk rondje hardgelopen. Nynke had een heel gevarieerde route door de verschillende tijdlagen en werelden van Assen voorbereid.
Vertrekpunt van de route is het gemeentehuis in het centrum. In 1259 is in de omgeving van de brink, het klooster Maria in Campus gesticht. Van dit kloosterverleden is vrijwel niks meer te zien, maar als je een blik op de kaart werpt verraden de Noorder-, Ooster- en Zuidersingel de contouren van het kloostercomplex. Via de Stationsstraat komen we bij het vernieuwde station. Op het stationsplein steelt Mannes, een houten hond van 6,5 meter hoog, de show. Dit kunstwerk is gemaakt do…
Volgens Tim Willems-Kruize brengt kunst in de publieke ruimte een stad tot leven. Tijdens een hardloopronde door Assen ontdekt hij hoe kunst verhalen zichtbaar maakt—van een houten reuzenhond tot een verdwenen landhuis.
Naar aanleiding van mijn oproep voor ‘ruimterenners’ belandde ik deze keer in Assen. Samen met Nynke Scheeper, werkzaam bij de gemeente als adviseur erfgoed, heb ik daar een heerlijk rondje hardgelopen. Nynke had een heel gevarieerde route door de verschillende tijdlagen en werelden van Assen voorbereid.
Vertrekpunt van de route is het gemeentehuis in het centrum. In 1259 is in de omgeving van de brink, het klooster Maria in Campus gesticht. Van dit kloosterverleden is vrijwel niks meer te zien, maar als je een blik op de kaart werpt verraden de Noorder-, Ooster- en Zuidersingel de contouren van het kloostercomplex. Via de Stationsstraat komen we bij het vernieuwde station. Op het stationsplein steelt Mannes, een houten hond van 6,5 meter hoog, de show. Dit kunstwerk is gemaakt door Robert Hack en Maurice Nio. De hond staat met zijn kop gericht naar de stationshal en verwelkomt reizigers. Waar een gewone hond zou staan te kwispelen, gooit Mannes het over een andere boeg. Bij het horen van kinderstemmen komt er waternevel uit zijn vacht en ’s avonds verlichten led-lampjes de hond. Tenminste als -ie het doet, want de techniek laat Mannes vaak in de steek. Voor mij doet dit niks af aan de magie van dit kunstwerk. Mannes maakt van de ‘ruimte’ op het stationsplein een ‘plek’ en ‘aankomen’ in Assen wordt ‘thuiskomen’.
Kunst in de publieke ruimte is sfeerbepalend, maar óók is het een prachtige manier om verhalen te vertellen; soms gekoppeld aan de plek, soms aan de geschiedenis. Nynke en ik komen tijdens ons rondje een voorbeeld tegen op landgoed Valkenstijn waarvan de oorsprong teruggaat naar het midden van de 17e eeuw. Op het landgoed stond een vervallen landhuis dat in de jaren zestig van de vorige eeuw is gesloopt. Gelukkig wordt het landgoed hersteld en zijn met Land-art de contouren van het landhuis weer zichtbaar gemaakt. Hierdoor blijft het verhaal van Assen als regionaal machtscentrum en de daarbij horende landgoederen herkenbaar. Ook in mijn eigen Groningen zijn hiervan tal van voorbeelden. Ik kom vaak langs het borstbeeld van Aletta Jacobs aan de Oude Kijk in ’t Jatstraat dat is gemaakt door Theresia van der Pant. Helemaal in deze tijd – met (dreigende) oorlogen en de rechten van vrouwen die onder druk staan – is het belangrijk om haar strijd voor vrouwenrecht en wereldvrede met elkaar te blijven delen. Kunst in de openbare ruimte is vanwege het laagdrempelige karakter hiervoor bij uitstek geschikt.
Vanwege het belang van kunst in de publieke ruimte voor de samenleving als geheel werden tot in de jaren tachtig van de vorige eeuw hiervoor middelen vrijgemaakt. Sindsdien krijgen kunst en cultuur klap na klap door tal van bezuinigingen. En dat terwijl de uitgaven voor kunst en cultuur maar een schijntje van de totale rijksbegroting uitmaken. Ook ons huidige kabinet ziet de kracht van kunst niet. Laten we daarom onze hoop vestigen op de lagere overheden. Ik heb alvast een tip voor de gemeente Assen. Aan het einde van ons rondje komen we bij de Drentsche Hoofdvaart. De kop van de haven, die belangrijk was voor de ontwikkeling van Assen, doet nu nogal doods aan, met slechts enkele bankjes. Een smakelijk kunstwerk kan het tot leven wekken, zodat dit een geweldige plek in de stad wordt.
In deze wekelijkse wisselcolumn schrijven Nb-redactieleden ombeurten over wat hen bezighoudt in en om het Noorden.